Terence (deel 2)

Marieke gaf me een kus, toen ze binnen kwam.
‘Is hij er niet?’ vroeg ze toen ze was gaan zitten.
‘Nee,’ riep ik vanuit de keuken, ‘er waren wat problemen op zijn werk. Hij kon echt niet weg.’
Ik zette de mokken op tafel en ging tegenover haar zitten.
‘Jammer,’ zei ze. ‘Morgen is hij er toch wel?’
‘Natuurlijk. We hebben allebei vrij genomen.’
‘Grote dag morgen.’ Ze keek me onderzoekend aan over haar mok voor ze een slok nam.
Ik knikte. Grote dag morgen. We hadden het er al zo vaak over gehad. Eigenlijk op gang gebracht door Marieke, door al haar verhalen over haar werk met probleemjongeren. En morgen ging het dan echt gebeuren. Er kwam tijdelijk een jongen bij ons wonen, wiens situatie thuis onhoudbaar was geworden.
‘Spannend?’
‘Wat dacht je dan?’
‘Komt helemaal goed. We blijven ook in de buurt. Hij gaat twee keer per week naar onze psycholoog voor evaluatie. Bovendien, zo’n groot probleemgeval is hij niet. Terence is van binnen een doodgoeie jongen. Klein hartje. Hij heeft hetzelfde karakter als zijn moeder en dat botst teveel. We hopen dat hij hier een beetje rust kan vinden.’
‘We gaan ons best doen.’
‘Daarom plaatsen we hem ook bij jullie. Als er ergens een stabiele sfeer hangt, dan is het hier wel.’
Ik glimlachte spottend.
‘Hij twijfelt meer dan jij, toch?’
‘Je kent hem. Hij twijfelt altijd. Vooral nu het zo dichtbij komt. Hij maakt zich veel teveel zorgen. Maar dat komt wel goed.’
‘Onze piekeraar,’ grinnikte ze.
‘Onze piekeraar,’ bevestigde ik.
Marieke en ik lachten. We namen alles nog een keer door. Ze zou morgenmiddag met Terence komen. Voorzichtig kennis maken, hem zijn kamer laten zien, beetje uitleggen waar hij alles kon vinden en niet als laatste ook onze huisregels. Het zou wel goed komen.

Tegen de tijd dat ze ieder moment aan konden bellen liepen we allebei onrustig door ons huis heen. Alles was opgeruimd, al drie keer. Af en toe keken we elkaar aan. Ik zag zijn gespannen gezicht waar een flauwe glimlach vanaf kwam toen ik keek. Hij knipoogde een keer. Ik glimlachte begripvol terug. Even pakte hij me vast en gaf me een kus op mijn wang. Hij maakte me altijd vrolijk. Lang geleden al, toen we elkaar net kenden. Die blik in zijn ogen, ik had er nog steeds geen weerstand tegen. 15 waren we. Ongeveer net zo oud als Terence nu. Die was nu op weg naar hier toe. Wat moest er wel niet allemaal door zijn hoofd gaan nu? Marieke had al genoeg over ons verteld, wisten we. Maar was dat genoeg? Ik probeerde me in hem te verplaatsen, maar dat lukte maar half.

We schrokken allebei van de deurbel. Even keken we elkaar aan en zuchtten.
‘Daar gaat ie dan.’
‘Ja,’ zei ik met zenuwachtige stem.
Ik liep voorop naar de deur. Toen ik open deed stond Terence half achter Marieke. Even keek hij me verlegen aan en staarde toen weer naar de grond. Hij had een grote tas bij zich.
‘Hallo, kom binnen,’ zei ik.
Ik sloot de deur achter ze en keek hoe Terence verlegen doorliep, de kamer in. Eenmaal in de huiskamer gaf hij me een hand en keek me aan met zijn strak blauwe ogen.
‘Terence.’
‘Maarten,’ zei ik, ‘en dat is Luc.’

Ze gaven elkaar een hand, Terence met een verlegen blik. Ik gebaarde naar de bank dat ze moesten gaan zitten.
‘Koffie?’ vroeg ik.
‘Lekker,’ antwoordde Marieke.
‘En jij, Terence?’
‘Cola, alstublieft.’
In de keuken glimlachte ik om die timide jongen terwijl ik alles inschonk. Wat dat nou dat onhandelbare kind? Als je hem zo zag kon je het helemaal niet voorstellen. Eerder verlegen. Maar ik kende de verhalen, wist hoe hij kon zijn. We zouden er nog genoeg van gaan meemaken. Ik nam alles mee terug de kamer in, Luc zat met Marieke te praten, Terence zat een beetje stil naast haar voor zich uit te kijken.
‘… en hij heeft een abonnement voor de bus waar hij me naar school kan.’
‘Dat is iedere ochtend vroeg opstaan,’ probeerde Luc een grap.
Terence keek hem even aan en glimlachte. Meteen daarna keek hij naar mij en naar het glas dat ik voor hem op tafel zette.
‘Dank u wel.’
‘Alsjeblieft, jongen,’ zei ik luchtig en ging zitten.
Hij glimlachte een keer en nam een grote slok. Marieke glimlachte even naar me. We dachten hetzelfde; “laat maar even wennen”.
‘Nou, Terence,’ zei Marieke toen ze haar koffie ophad, ‘dan ga ik maar eens.’
Even keek hij verschrikt, ze liet hem nu echt achter bij ons.
‘Morgen begint het weekend, dus je hoeft over twee dagen pas weer naar school.’
Hij knikte met een voorzichtig lachje.
‘Nou, stel me niet teleur,’ zei ze bij de deur.
‘Ik zal het proberen Marieke,’ zei Luc met een schuldige stem.
We lachten, Terence ook. Gelukkig. Ik keek even naar hem en knipoogde. Verlegen gezicht terug. We gaven Marieke een hand en zwaaiden haar uit nadat ze had beloofd Ed de groeten te doen. Daarna sloot de deur en waren we alleen.
‘Nog wat drinken?’ vroeg ik.
‘Graag, alstublieft,’ antwoordde hij.
‘Ik wil nu alvast één ding met je afspreken, als je het niet erg vindt,’ zei ik. ‘Hij heet gewoon Luc en ik gewoon Maarten. Laat dat “u” maar achterwege. Je mag gewoon jij zeggen.’
Terence knikte. ‘Oké.’
‘Mooi,’ lachte ik terwijl ik de keuken inliep.
We dronken nog wat, praatten over algemene dingen. Beetje aftasten. Daarna werd het tijd om hem zijn kamer te laten zien.
‘Kom,’ zei Luc, ‘we zullen je het huis eens laten zien, beetje uitleggen waar je alles kunt vinden.’
We begonnen beneden bij de keuken en daarna naar boven om hem de badkamer te laten zien en als laatste zijn kamer. We hadden een bed neergezet en een bureau. Luie stoel er bij die nog uit mijn oude appartement kwam en een kast.
’Mooi?’ vroeg ik onnozel.
Terence keek me aan en knikte. Ik zag dat hij het meende.
‘Wil je eerst jouw tas uitpakken? Dan zien we je straks beneden wel,’ zei Luc.
‘Is goed,’ antwoordde hij.
Luc en ik lieten zijn deur op een kier staan en gingen weer naar beneden. We hoorden hem zijn tas openmaken voor we de huiskamer in gingen. Luc gaf meteen een kus toen de deur dicht was.
‘Wat denk je?’
‘Weet ik niet Luc. Als ik hem zo zie kan ik me helemaal niet voorstellen dat hij zo’n problemen thuis heeft.’
‘Je weet niet wat er diep van binnen zit.’
Ik schudde mijn hoofd.
‘Gewoon dit weekend rustig laten wennen.’
‘Hem en ons,’ kuste ik hem.
Luc glimlachte. Hij pakte me nog even stevig vast tot we Terence de trap af hoorden komen. We keken allebei naar de deur maar hoorden de deur van het toilet.

Na een uur kwam hij weer opnieuw naar beneden. Hij wist zich geen houding te geven. Voelde zich absoluut niet op zijn gemak. Alsof wij dat zelf wel deden. Niet meteen overladen met vragen, wisten we. Maar waar moest je het dan over hebben?
‘Ben je al eens vaker hier in deze plaats geweest?’ vroeg ik.
Terence haalde zijn schouders op. ‘Wel eens doorheen gereden, meer niet.’
‘We zullen eens een rondje gaan lopen. Weet je meteen waar je welke winkel kunt vinden als je dat nodig hebt.’
Weer die schouders.
‘Bovendien is het lekker weer voor een terrasje,’ lachte Luc.
Met een beetje tegenzin stond Terence op uit de bank en pakte zijn jas. Toen hij voor ons de deur uitliep keek ik even naar Luc en trok mijn wenkbrauwen op. Die deed precies hetzelfde terug. Terence keek een beetje ongeïnteresseerd rond tijdens ons wandelingetje naar het centrum. Het was er druk. Luc wees hem wat winkels aan maar het leek allemaal langs Terence af te glijden. We kochten een ijsje en gingen op een bankje zitten in het aanliggende parkje. Het bankje waar ik al jaren goede herinneringen aan had. Ik keek schuin naar boven en zag mijn oude appartement waar ik was gaan wonen toen ik eindelijk terug kwam na een aantal jaren in Rotterdam. Waar alles met Luc weer opnieuw begonnen was. Terence volgde mijn blik even.
‘Daar heeft hij gewoond,’ zei Luc, ‘toen hij ons hier in Brabant niet meer kon missen.’
Ik lachte. ‘Tuurlijk Luc, daar lag het aan.’
‘Geef maar toe,’ reageerde hij plagend.
‘Ik had werk in Rotterdam,’ legde ik uit aan Terence, ‘maar daar werd ik buiten gezet omdat ze gingen inkrimpen. Sindsdien woon ik weer hier.’
‘Hebben jullie altijd hier gewoond?’
‘Met wat tussenpauze’s,’ zei Luc droog voor zich uit.
Ik zag Terence nadenken, maar hij vroeg niets. Hij keek alleen maar schuin omhoog naar het oude appartement van mij. Afwezige blik.
‘Ik krijg zin in eten,’ zei Luc na een tijdje stilte.
‘Ergens gaan eten?’ vroeg ik.
Terence haalde zijn schouders weer een keer op.
‘Goed idee,’ negeerde Luc zijn onverschilligheid.
Flauw van ons eigenlijk. We hadden het idee om de eerste dag ergens te gaan eten allang gemaakt, een week geleden al. Morgen was vroeg genoeg om te beginnen met rust en regelmaat. We keken een keer naar elkaar en knikten ter bevestiging. We stonden op, Terence volgde. Midden in het centrum was een restaurantje, niets speciaals, gewoon gezellig. Terence wou bij het raam zitten. Daar was hij dan wel weer duidelijk in. De ober deelde de menukaarten uit en vroeg wat we wilden drinken. Terence bekeek de kaart.
‘Gewoon bestellen waar je zin in hebt,’ zei Luc.
Hij knikte een keer serieus. Hij voelde zich niet op zijn gemak, dat was wel duidelijk. Langzaam maar zeker werd ik er ook nerveus van. Hadden we hier wel goed aan gedaan? Hadden we hem nu niet enorm voor het blok gezet? Of hij wilde of niet, hij kon geen kant op. Ik keek nog even naar hem aan de overkant van de tafel. Ik zag hem twijfelen.
‘Weet je het niet?’
Hij haalde zijn schouders op. ‘Het is allemaal zo duur.’
‘Daar zou ik me geen zorgen om maken,’ zei Luc, ‘doe ik ook niet. Hij betaalt vanavond.’
Ik keek gespeeld verontwaardigd naar Luc en lachte.
‘Even serieus,’ zei Luc, ‘gewoon bestellen waar je zin in hebt.’
Ik zag zijn ogen naar beneden kijken op de kaart en keek naar die van mij.
‘Die mixed grill met spareribs is erg lekker hier,’ gokte ik, ‘ik denk dat ik die neem.’
Even keek hij me aan, ik had zijn gedachten geraden.
‘Ik ook,’ zei hij snel.
‘Nog iets vooraf?’ vroeg ik zo neutraal mogelijk.
Terence haalde zijn schouders op.
‘Ik niet. Maar ik doe met jullie mee,’ zei Luc en legde de kaart op tafel.
De ober zette onze glazen op tafel en nam de bestelling op. Het duurde even voor het eten kwam. Nog maar een glas.
‘We moeten morgen maar even kijken hoe laat je de bus moet hebben maandag,’ verbrak Luc de stilte.
‘Kwart over 7,’ zei Terence. ‘Dat heeft Marieke al uitgezocht. Ik heb het op een briefje in mijn tas.’
‘Hoe laat begint jouw school?’
‘Half 9, maar als ik een bus later ga kom ik te laat.’
‘Dat is vroeg opstaan.’
Terence haalde zijn schouders weer een keer op. We vroegen niet verder. We wisten dat het slecht ging op school. Hij keek ook weer naar buiten. Hij vond het wel weer genoeg. De ober kwam aan met de borden en zette daarna alles wat er bij hoorde op tafel. Terence keek naar zijn bord en glunderde met een brede glimlach. Dat was voor mij de eerste keer dat ik hem oprecht vrolijk zag.
‘Nou, laat maar zien wat je kunt,’ lachte Luc.
Terence knikte vrolijk. Eindelijk, een beetje doorbraak.
‘Smakelijk,’ zei ik lachend.
‘Smakelijk,’ antwoordde Terence plichtsgetrouw beleefd.
Hij had een gezonde eetlust. Zeg maar gerust een enorme eetlust. Luc bestelde nog maar wat friet extra. Terence had het als eerste allemaal op en zat verliefd naar het stukje sparerib te kijken op mijn bord. Ik knikte er een keer naar en keek hem vragend aan.
‘Mag het?’
‘Tuurlijk, anders vraag ik het je niet.’
Hij glimlachte en griste het stukje van mijn bord. Ik moest toegeven, ik had het zelf graag opgegeten, maar de manier waarop hij het glunderend afkloof maakte veel goed. Luc knipoogde een keer naar mij. Alles werd van tafel geruimd. Terence lustte nog wel wat na. Luc en ik hielden het bij een koffie. Terence voelde zich meteen opgelaten.
‘Ik dacht dat jullie ook nog wel ijs pakten.’
‘Nee, wij zitten vol jongen,’ zei Luc, ‘maar jij mag gerust hoor.’
Voorzichtige glimlach. Hij was nog niet helemaal op zijn gemak gesteld. Met een beetje schuldgevoel zat hij te genieten van een enorme coupe. Luc en ik roerden in onze koffie.
‘Lekker?’ vroeg ik.
Hij knikte. Glunderde toch weer nadat hij me goedkeurend had zien glimlachen. Luc en ik praatten wat over algemene dingen zonder Terence er bij te betrekken. Even zijn eigen gang laten gaan. We vroegen om de rekening. Luc keek er even naar en keek naar mij. Ik stak mijn hand uit en pakte het over. Het was nog een behoorlijk bedrag. Ik keek even naar Terence en daarna weer naar Luc.
‘Ik betaal wel even met mijn kaart,’ zei ik.
Ik had het vermoeden dat Terence zich bezwaard zou voelen als hij het bedrag zou horen. Ik volgde de ober en betaalde bij de kassa. Terug bij de tafel pakte ik mijn jas en trok hem aan. Luc en Terence volgden.
‘Ik hoop wel dat je nog kunt lopen want we gaan je niet dragen,’ grapte Luc.
Terence glimlachte verlegen. ‘Ja hoor.’
We liepen via een andere route terug. Rustig, langzaam het eten laten verteren. Thuis ploften Luc en ik op de bank.
‘Zo,’ zuchtte Luc, ‘daar kan ik wel een week mee vooruit volgens mij.’
Ik lachte. Terence liep naar de luie stoel tegenover ons.
‘Zou jij de tv aan willen zetten?’ vroeg Luc nog voor hij kon gaan zitten.
Terence zette de tv aan en gaf de afstandbediening aan Luc.
‘Effe dom zappen,’ zei Luc.
‘Ik dacht dat jij wel koffie zou zetten, maar dat mag ik zeker weer doen?’
‘Hm, goed idee. Lekker. Terence lust ook wel wat denk ik.’
Ik lachte en keek naar Terence. ‘Wat lust je?’
‘Cola, alstublieft.’
Ik stond op en keek hem even spottend aan om dat laatste woord. Hij haalde een keer verontschuldigend zijn schouders op. Ik liet het maar zo. Niet teveel pushen. Zuchtend stond ik in de keuken. Volle maag. Achteraf misschien maar goed dat Terence dat laatste stukje sparerib had opgegeten. Ik glimlachte. Hij had het lekker gevonden, er van genoten. Mooi zo.

Terence zat een beetje verveeld en ongemakkelijk naar de tv te staren. We waren al weer twee uur thuis, Luc had voor mij en hem een glas wijn ingeschonken. Hij keek een keer naar mij en daarna naar Terence.
‘Als je naar bed wil moet je dat gewoon doen he?’ zei hij.
Terence keek ineens op naar hem en glimlachte toen.
‘Ik kan me voorstellen dat het een rare dag is geweest en dat je moe bent. Zeker na die berg vlees die je op hebt gegeten.’
Terence glimlachte nu vrolijk. Hij dronk zijn glas leeg en stond op.
‘Ik ga maar slapen,’ zei hij. ‘Dank je wel voor het lekkere eten.’
‘Graag gedaan, jongen,’ zei ik. ‘Welterusten. Slaap maar lekker uit morgen.’
‘Welterusten,’ zei hij en ging timide de deur uit.
‘Heb jij eigenlijk handdoeken voor hem in de kast gelegd?’ vroeg Luc terwijl hij naar de tv bleef staren.
‘Shit. Nee.’
Ik stond op en liep naar boven. Ik pakte een paar handdoeken uit de kast en klopte op zijn deur.
‘Terence?’
‘Ja?’
Ik deed zijn deur open en keek om de hoek. Terence had alleen zijn broek nog aan, hij draaide zich snel om en hield zijn shirt voor zijn borst.
‘We waren handdoeken vergeten. Zal ik ze even in jouw kast leggen?’
‘O, ja.’
Hij voelde zich betrapt. Ik legde de handdoeken in zijn kast en vertrok weer.
‘Slaap lekker.’
‘Slaap lekker,’ zei hij.
Ik snapte het wel. Verlegen op die leeftijd. Op het preutse af. Niet gek natuurlijk bij een man die je pas een paar uur kende. Terug in de huiskamer kroop ik tegen Luc aan en kuste hem. Hij sloeg een arm om me heen en kuste me terug.
‘Ik zag hem onrustig in zijn stoel zitten. Ik kan me voorstellen dat hij nu even alleen op zijn kamer wil zijn.’
‘Goed opgelost zo toch?’ antwoordde ik.
Luc antwoordde met een knuffel en een lange kus. Ik trok hem op me en liet me door zijn gewicht in de bank drukken. Ik grinnikte en sloot mijn mond op die van hem. We zoenden. Zijn hand verdween onder mijn shirt en streelde mijn zij. Ik kreunde en besloot onze zoen met een kus.
‘Wat zou hij nou denken?’
‘Ik hoop voor hem dat hij snel slaapt,’ zei ik. ‘Maar hij zal nog wel even liggen piekeren.’
‘Dat denk ik ook.’
Ik keek hem even aan, wat me een kus opleverde.
‘Ik zou zo graag willen weten wat hij denkt, hoe hij het beleeft. Zoals we hem nu meemaken kan ik me niet voorstellen dat hij zoveel problemen heeft veroorzaakt.’
‘Ik hoop dat we dat snel gaan meemaken, Luc. Da’s een teken dat hij zich hier thuis gaat voelen.’
Luc glimlachte, begreep wat ik bedoelde.
‘Ik maak het ook niet laat vanavond,’ zei ik. ‘Ik heb genoeg gehad vandaag.’
‘Moet je ook niet de grootste grill schotel bestellen, sukkel,’ grijnsde hij terug.
Ik sloeg hem zacht tegen zijn hoofd en lachte. Luc stond op.
‘Nog één glaasje.’
‘Lekker.’

Later in bed kroop Luc meteen tegen me aan. Het licht in de kamer van Terence was uit, het was stil. Luc duwde zijn lichaam tegen me aan en kuste me. Ik voelde zijn opgewonden kruis tegen mijn heup. Luc kreunde zacht in mijn oor. Hij reed tegen me aan. Zijn hand zocht onder mijn boxershort en vond meteen wat hij wilde. Ik kuste hem. Hij kneep een keer zachtjes en begon mij traag af te trekken. Ik kuste zijn schouder en zijn borst. Kuste zijn tepel en worstelde me uit zijn armen. Na een kus op zijn buik zoog ik hem naar binnen. Likte langs de rand van zijn eikel. Mijn tong bewoog snel over het plekje onder zijn eikel, ik wist dat hij daar gek van werd. Luc kreunde hard.
‘Sssst,’ grinnikte ik, ‘straks worden de kinderen wakker.’
Luc sloeg grinnikend zacht op mijn hoofd. Ik liet hem uit mijn mond glijden en keek hem weer aan, mijn ogen vlak voor die van hem. We kusten, lieten het overgaan in een zoen. Traag draaide mijn tong met die van hem, we hadden elkaar vast en bewogen onze handen traag heen en weer. Zijn neus stootte korte ademstootjes tegen mijn wang. Zuchtend kwamen we kort na elkaar klaar. Ik voelde me goed. Gelukkig. Tegelijk een beetje ongemakkelijk. De deur van onze slaapkamer was dicht, dat deden we anders nooit. Ik maakte wel een grapje, maar ik moest er niet aan denken dat Terence ons gehoord had. Wat zou die dan wel niet denken?

Luc en ik waren op tijd wakker. Samen klooiden we in de keuken om een ontbijt te maken. Vlak voor Luc de broodjes in de oven wilde doen hoorden we de douche boven.
‘Even wachten maar?’ vroeg Luc.
‘Doe maar,’ lachte ik. ‘Beetje lullig als we net klaar zijn met eten als hij naar beneden komt.’
Terence kwam een kwartier later de kamer in, helemaal aangekleed, met een enorm slaperig gezicht. Luc zette de broodjes in de oven, zoals ieder weekend. Terence zat op zijn gemak wakker te worden in de bank.
‘Nog niet wakker,’ glimlachte ik.
Hij schudde verlegen zijn hoofd.
‘Wat wil je drinken bij het ontbijt?’
‘Hebben jullie melk?’
‘Tuurlijk,’ zei ik. ‘Nu alvast een beker, of straks aan tafel? De broodjes duren nog een paar minuten.’
‘Nu maar,’ zei hij met een rauwe slaapstem.
Ik zette de beker melk voor hem neer op tafel die hij meteen helemaal opdronk. Luc was nog in de keuken, af en toe kwam hij de kamer in en dekte de tafel verder. Ik liet Terence maar even en hielp Luc mee. De oven liet zijn belletje horen. Luc kwam de kamer in met warme broodjes.
‘Kom je ontbijten, Terence?’
Terence zei niets en stond op. Hij kwam bij ons aan tafel zitten. Waarschijnlijk voortaan zijn vaste plek aan tafel. Van binnen lachte ik om dat idee. Luc pakte een broodje en sneed het open. Dat was voor Terence het teken om ook aan te vallen.
‘Ik hoop maar dat ik genoeg in de oven heb gelegd,’ glimlachte Luc.
Terence lachte verlegen, nog steeds niet wakker. Zwijgend werkte hij zich door zijn ontbijt heen, Luc zette nog twee mokken koffie en een beker melk op tafel. Terence dronk zwijgend.
‘Volgens mij ben je nog steeds niet wakker,’ lachte ik.
Hij schudde glimlachend zijn hoofd.
‘Had je liever nog even door willen slapen?’
Hij haalde zijn schouders op.
‘Ik hoorde jullie opstaan,’ zei hij verontschuldigend.
‘Terence,’ zei Luc, ‘ik vind het heel leuk dat je met ons wilde ontbijten. Waardeer ik echt. Maar als je zo zie zitten denk ik dat je straks beter nog even terug kunt gaan.’
Terence glimlache, verlegen, maar gemeend. Ik grinnikte.
‘Gewoon doen,’ zei ik.
Terence had zijn beker leeg gedronken en staarde wat wezenloos voor zich uit.
‘Ga nog even terug als je wilt,’ zei ik. ‘We zien je wel weer als je echt wakker bent. Ik weet ook wel dat ze je verteld hebben dat je hier regelmaat moet opbouwen, en dat gaan we ook zeker doen met je, maar ik zie dat je nog wat slaap kunt gebruiken. Gewoon doen, jongen. Het is al vermoeiend genoeg deze dagen voor je.’
Terence knikte een keer braaf en stond op. Luc sloeg een keer zachtjes tegen zijn arm.
‘Welterusten, jongen.’
‘Welterusten,’ stamelde hij en ging weer terug naar boven.

Twee uur later kwam hij weer beneden. Zichtbaar een stuk wakkerder dan tijdens het ontbijt.
‘Hé, goeiemorgen, Wakker nu?’ Ik lachte naar hem toen ik het zei.
‘Een beetje.’
‘Jij ook een kop thee?’ vroeg ik toen ik de keuken in liep.
‘Lekker.’
‘Suiker er in?’
‘Graag,’ hoorde ik uit de kamer.
‘Kom het er zelf maar even in doen.’
Terence kwam de keuken in.
‘In dat kastje,’ zei ik.
Hij deed het kastje open en pakte de suikerklontjes. Hij deed er drie in zijn mok en roerde terwijl hij terug de kamer in liep. Ik volgde hem. Langzaam maar zeker zou hij zo zijn draai wel kunnen vinden in de keuken. We dronken zwijgend, zittend in de bank. Ik las de krant, nadat ik de eerste pagina’s gelezen had gaf ik het aan hem en begon zelf aan de zaterdagbijlage. Terence las aandachtig. Interesse in het nieuws. Mooi.
‘Is Luc weg?’ vroeg hij ineens.
Ik knikte. ‘Iedere zaterdag. Voetbal.’
‘Voetbal?’
Hoorde ik nou enthousiasme in zijn stem? Ik knikte alleen maar.
‘Hij speelt zelf niet meer hoor,’ zei ik. ‘Hij is trainer van de B jeugd.’
Terence nam het voor kennisgeving aan.
‘Ik wou straks even gaan kijken. Zin om mee te gaan?’
Terence knikte. Gretig als je het mij zou vragen.

Terence had nog geen fiets. We besloten dat hij bij mij achterop zou gaan en zo reden we samen door het dorp naar de voetbalvelden. Hij had goede zin, dat merkte ik wel, maar tegelijkertijd was hij gereserveerd. Niet gek natuurlijk. Zou ik ook zijn. Ik zette mijn fiets in de stalling en liep samen met hem langs de kantine. Luc kwam net samen met Erik de kleedkamer uit. Achter hen een groep jongens, dezelfde leeftijd als Terence. Luc keek verrast en zwaaide naar ons. Ik knipoogde, Terence stak even zijn hand op. Hij kwam even naar ons toe gelopen.
‘Leuk dat jullie er zijn,’ zei hij vrolijk.
Terence keek weer alleen maar, mondhoeken licht omhoog. Hij schuurde met zijn voet wat zand weg. Erik kwam er bij staan. Hij stak zijn hand uit.
‘Hallo, ik ben Erik.’
Terence gaf een hand terug. ‘Terence.’
Luc sloeg tegen Erik’s arm. ‘We moeten gaan.’
‘Zie jullie straks,’ zei Erik.
‘Zijn jullie er nog na de wedstrijd?’ vroeg Luc nog snel.
Ik haalde mijn schouders op. ‘We zien wel.’
‘Is goed,’ zei hij en tikte even zacht tegen de arm van Terence.
Daarna rende hij achter Erik en het team aan. Wij liepen op ons gemak naar het veld. Terence hield het allemaal goed in de gaten. De wedstrijd begon, Erik riep wat aanwijzingen over het veld. Het was een felle wedstrijd. Ze waren goed aan elkaar gewaagd. Geen idee hoe het zou gaan, het kon alle kanten op. Luc klapte een paar keer kort in zijn handen na een goede actie van één van zijn spelers. Terence stond een eindje voor me, aan de rand van het veld. Ik voelde een klein stootje tegen mijn kuiten. Ik keek om en zag het lachende gezicht van Esther. Marleen stond naast haar, Lieke zat in de buggy.
‘Hé, jij ook hier?’
Ze lachte. ‘Lekker weer, en we waren in de buurt.’
Ik keek een keer spottend, zo vaak kwam ze niet naar een wedstrijd kijken.
‘Oké, ik had gehoopt om Luc hier even te treffen, even vragen hoe het gaat. Maar nu ik jou zie vind ik het ook goed.’
Ik lachte.
‘Hoe gaat het?’
‘Goed, denk ik.’ Ik knikte naar Terence. ‘Daar staat ie.’
‘Interesse in voetbal?’
‘Blijkbaar. Ik stelde voor om te gaan kijken en hij vond het prima.’
‘Maar hoe was het gisteren?’
Ik grinnikte. ‘Alsof jij Marieke niet hebt gebeld gisteravond.’
‘Hij was een beetje stil, hoorde ik.’
Ik knikte. ‘Vind je het gek?’
Ze schudde haar hoofd.
‘Hij is zo mak als een lammetje, Esther. Overbeleefd, beetje eng.’
‘Stilte voor de storm?’
‘Waarschijnlijk. Maar dat had ik van Marieke al gehoord. Hij is zo gesloten als het maar zijn kan. Niemand weet eigenlijk precies wat hem dwars zit. Ligt hopeloos met zijn moeder overhoop, heeft zijn vader nooit gekend…’
‘Sneu.’
Ik knikte. ‘Inderdaad.’
Marleen trok aan mijn broekspijp. ‘Lau.’
‘Hey, meisje,’ lachte ik en pakte haar even op. ‘Hoe is het met jou?’
‘Goed,’ zei ze vrolijk en speelde met het koordje van mijn jas.
Esther maakte een gebaar naar haar jas. Ik knipoogde.
‘Heb jij een nieuwe jas aan?’ vroeg ik aan Marleen.
‘Ja!’ Ze lachte.
‘Mooi hoor.’
Terence keek even om. Meteen keek hij weer naar het veld toen hij zag dat ik niet meer alleen was.
‘Ja, duidelijk verlegen,’ hoorde ik Esther naast me zeggen.
‘Komt vanzelf wel goed.’
Het was rust. De jongens dromden rondom Luc en Erik. Luc deelde flessen water uit, Erik gaf tactische tips. Mooi om te zien. Ze deden dit nu een jaar of drie. Altijd samen. Op verzoek van de voetbalclub zelf. Ze hadden er jaren samen gespeeld, tot een aantal jaren geleden. Erik speelde nog af en toe bij de veteranen, Luc vond het wel welletjes geweest. Terence twijfelde een beetje of hij bij ons kwam staan. Hij keek een beetje onderzoekend rond. Ik keek hem even vragend aan. Esther was achter Marleen aangelopen, die was er weer bijna vandoor.
‘Zijn de toiletten in de kantine?’ vroeg hij.
Ik knikte. ‘Als je binnen komt in het halletje meteen linksaf.’
Terence ging er vandoor. Esther kwam weer bij me staan. We keken naar Erik en Luc. Luc zat op zijn knie en sprayde wat op een schaafplek op een knie van één van de jongens. Erik stond met veel gebaar dingen uit te leggen.
‘Verandert hij nou nooit?’
Ze lachte. ‘Dat heb ik opgegeven.’
Terence kwam bij ons staan. ‘Hallo.’
Esther gaf hem een hand. ‘Hallo, ik ben Esther.’
‘Terence.’
Marleen stond het te bekijken. Ik knipoogde een keer naar haar. Ze stond met grote nieuwsgierigheid naar Terence te kijken. Even aarzelde ze maar trok toen aan zijn mouw. Dit werd interessant.
‘Ik heb een nieuwe jas.’
Terence lachte. ‘Hij is mooi.’
Marleen draaide een rondje.
‘En een mooie achterkant,’ zei Terence.
‘Ja he?’ Marleen had er een nieuw vriendje bij.
Ik stond er met interesse naar te kijken.
‘Hoe heet jij?’
‘Marleen,’ kwam er resoluut uit. ‘En jij?’
‘Terence.’
‘Terrens?’
‘Ja,’ lachte hij.
De wedstrijd was al weer een tijdje bezig, Terence zat aan de kant in het gras. Marleen kwam af en toe bij ons kijken om daarna weer bij Terence te gaan staan.
‘Ja!!’ hoorden we Erik roepen.
Esther en ik keken naar het veld en zagen dat één van zijn jongens gescoord had. Terence applaudisseerde. Marleen klapte vrolijk mee. Hij lachte er om.
‘Meneer ontdooit een beetje door jouw dochter geloof ik.’
Esther knikte lachend. ‘Ze lijkt op haar moeder he?’
‘Pfft,’ protesteerde ik.
Het bleef bij dat ene doelpunt. Na de wedstrijd kwamen Luc en Erik even bij ons staan. Eén van de andere begeleiders liep alvast met de jongens naar de kleedkamer.
‘Papa!’
Erik hield zijn armen uit en ving de rennende Marleen op en tilde haar omhoog. ‘Meissie!’
Ze lachte en kneep in zijn gezicht. Luc liet naast mij een zak met ballen op de grond vallen en raakte even mijn rug aan. Er rolde een bal uit het net, vlak voor de voeten van Terence. Zijn voet speelde er een beetje mee en voor hij er zelf erg in had stond hij wat kleine trucjes met de bal te doen. Hij ging steeds verder van ons afstaan om ruimte te hebben en hield de bal met zijn voet en zijn knie omhoog.
‘We moeten naar de kleedkamer, de jongens feliciteren,’ zei Erik.
Luc knikte en pakte de zak weer op. Hij gebaarde naar Terence dat hij de bal terug moest hebben. Terence ging nog even door. Luc liet de zak weer vallen en liep op hem af, uitdagende houding. Terence grijnsde een keer en zette zijn voet op de bal. Luc liep langzaam op hem af maar toen hij vlak in zijn buurt was tikte Terence de bal naar achteren. Luc probeerde hem voorbij te lopen maar Terence was sneller. Behendig met een gestrekte arm weerhield hij Luc er van om bij de bal te komen. Ze draaiden om elkaar heen, maar Luc kon het vergeten. Terence dolde met hem. Hij had een brede glimlach op zijn gezicht, ik hoorde Luc lachen. Terence schoot de bal een eindje weg, samen renden ze er achter aan. Luc was net iets eerder. Meteen stond Terence weer bij hem en had binnen een paar tellen de bal weer in bezit. Hij liep weg bij Luc en gaf de bal gecontroleerd een trap onze kant op. De bal rolde strak over het gras en kwam zacht tegen de zak met ballen tot stilstand. We stonden er samen naar te kijken, Erik met zijn mond half open.
‘Waar heeft ie dat geleerd?’ vroeg hij verbaasd.

© 2006 Oliver Kjelsson