De derde wereld (deel 1)

‘Zul je me schrijven?’
‘Natuurlijk schrijf ik.’
Ze keek hem glimlachend aan. ‘Ik zal je missen,’ fluisterde ze.
‘Ik jou ook, Annemiek.’
Gerben had zin om te gaan. Op vakantie dan. Natuurlijk zou hij haar ook missen, maar het was maar voor drie weken. Al jaren ging hij met zijn ouders naar dezelfde camping, hij keek er naar uit om zijn vakantievrienden weer te zien. Alle jaren was het er gezellig geweest. Gezelliger dan op school in ieder geval.
‘Ik moet gaan,’ zei hij zacht en kuste haar. Ze kuste hem terug, haar hand gleed onder zijn shirt en streelde zijn rug. Hun tongen vonden elkaar en draaiden om elkaar heen. Ze zuchtte en kneep in zijn rug. Zijn handen lagen op haar heupen en kneedden ze. Ze drukte zich dicht tegen hem aan, ze moest de opwinding voelen in zijn broek. Hij liet haar los en keek haar aan.
‘Veel plezier,’ zei ze.
‘Jij ook’ kuste hij. Ze zou ook op vakantie gaan.
‘Zul je me missen?’ vroeg ze plagend.
Hij glimlachte en gaf een laatste kus. Hij wachtte tot ze naar binnen was en zwaaide nog een keer. Ze lachte en kuste de lucht, in zijn richting. Daarna sloot de deur en fietste hij naar huis. Thuis ging hij meteen naar bed. De volgende ochtend moest hij weer vroeg op. Zijn vader wilde op tijd vertrekken. In bed sliep hij niet meteen. Hij dacht aan de komende weken en aan Annemiek.

Annemiek. Weken was hij al verliefd op haar geweest. Weken had hij aan haar liggen denken ’s nachts. Weken had hij naar haar gekeken en, verlegen als hij was, haar nooit aan durven spreken. Haar vriendin had het geregeld. Op het laatste feest ter afsluiting van het schooljaar. Ze hadden daar naast elkaar gezeten, niet wetende wat te moeten zeggen. Hij had haar naar huis gebracht en bij haar huis had hij de eerste zoen gehad. Ze hadden afgesproken om de volgende dag samen de binnenstad in te gaan, beetje door de winkelstraat lopen. IJsje gegeten en vooral weinig gezegd. Hand in hand hadden ze gelopen, op een bankje in het parkje gezeten. Daar had hij alle moed verzameld om haar weer te zoenen. Zijn eerste tongzoen. Na die dag was het ijs snel gebroken. Hij had het thuis wel verteld, maar haar nog niet mee naar huis genomen. Rustig aan hoor, dat kon altijd nog. En nu zou hij haar drie weken niet zien. Die gingen vanzelf weer voorbij. Big deal. Stom eigenlijk. Weken had hij gehoopt dat ze hem leuk zou vinden, weken gefantaseerd dat ze verkering zouden hebben. Ze had zo lang zijn dagen beheerst, het leek wel een obsessie. En nu was het dan zo ver en nu kon het hem eigenlijk niet eens zo veel schelen dat ze elkaar drie weken niet zouden zien. Hij had zich helemaal vastgeklampt aan het idee dat zij zijn vriendin zou moeten worden. Hij nu eindelijk ook eens een vriendin. Hij was net 16 en de meeste jongens in zijn klas hadden allemaal wel eens een meisje gehad, hij eigenlijk nog nooit. Hij straalde nou ook niet iets zelfverzekerds uit, eerder een stille teruggetrokken jongen. Dat hielp niet mee natuurlijk. Hij was al vaker in het geheim verliefd geweest maar nooit was het wat geworden. Meestal gewoon omdat hij het nooit liet merken. Geen lef. Toen hij Annemiek zag had hij weer hetzelfde gevoel gehad, hoop dat het wat zou worden deze keer. Obsessie, dat was het woord eigenlijk wel. Deze keer was het nog waarheid geworden ook. En nu ging hij op vakantie. Nou en? Natuurlijk zou hij haar wel missen, maar dat was toch niet zo’n probleem? Raar dat hij zo dacht. Hij draaide zich nog een keer om in bed en zuchtte.
‘Rare jongen ben ik,’ dacht hij nog en viel in slaap.

Het was een vertrouwde omgeving. Alsof ze niet weg geweest waren. Ieder jaar huurden zijn ouders een caravan aan de kust. Zijn zus ging al een paar jaar niet meer mee. Zij was een aantal jaren ouder en ging met haar vriend op vakantie. Nadat de auto was uitgeladen, ging Gerben een eindje lopen. Bospad in, de duinen over. De zon scheen op zijn gezicht, een zacht windje ging door zijn haar. Hij haalde diep adem en snoof de zoute zeelucht op. Hij volgde het duinpad naar beneden en liep recht naar het water. De zee kabbelde rustig, het zachte ruisen klonk vertrouwd. Hier kon hij uren lopen. Het was rustig op het strand, hier en daar lagen wat mensen te zonnen achter een windscherm. Diehards, het was er eigenlijk te koud voor. Hij ging in het zand zitten, met zijn rug tegen een paal en staarde over het water. Totale rust in zijn hoofd, leegte. Hij voelde zich ontspannen, het gingen drie mooie en gezellige weken worden.

Toen Gerben terug kwam zag hij de auto van de ouders van Marc al staan. Marc was bezig wat bagage uit de auto te halen en liep er mee naar binnen. Gerben glimlachte. Hij en Marc hadden elkaar twee jaar ervoor op deze camping leren kennen. Samen balletje trappen op het strand, ’s avonds wat rondhangen in “de hal”. Dat was niet meer dan een omgebouwde boerenschuur waar de jongeren rondhingen. Er stonden wat tafeltennistafels, poolbiljart, videospelletjes en wat flipperkasten. Het had geen naam, maar iedereen noemde het “de hal”. Marc zag Gerben lopen toen hij de caravan weer uit kwam. Hij stak lachend zijn hand omhoog. Hij liep naar Marc toe en grijnsde.
‘Hoe is het?’ vroeg Marc nadat hij Gerben een hand had gegeven.
‘Goed hoor. En jij?’
‘Gaat wel,’ zei Marc en haalde zijn schouders op. ‘Ik ben blijven zitten dit jaar.’
‘Da’s kut.’
Marc knikte. Zijn moeder kwam naar buiten en zette wat stoelen neer. Ze gaf Gerben een hand en vroeg hoe het met hem was. Nadat ze wat gedronken hadden zat Marc wat verveeld voor zich uit te kijken.
‘Even naar de hal?’ vroeg hij.
Gerben knikte. Ze keken wat rond in de hal en trokken een blikje uit de automaat in de hoek. Ze zagen nog niemand bekends, maar die zouden die dag nog wel aankomen. Ze zaten aan een tafeltje toen Gerben zijn portemonnee uit zijn broekzak haalde. Hij haalde er een pasfoto uit en legde die voor Marc op tafel. Marc keek en grijnsde.
‘Hoe heet ze?’
‘Annemiek.’ Het kwam er trots uit.
‘Gaaf. Al lang?’
‘Paar weken nu.’
‘Ik heb ook een tijdje een vriendin gehad, maar dat is al lang weer uit.’
‘Misschien is Jacqueline er wel weer dit jaar.’
Marc schoot in de lach. ‘Dat zou gaaf zijn.’
Gerben keek een keer rond. Het zag er allemaal hetzelfde uit als vorig jaar. Niets veranderd.
‘Daar heb je Ron,’ zei Marc terwijl hij Gerben aanstootte. Ron kwam lachend naar hen toe gelopen. De jongens begroetten elkaar en praatten over het afgelopen jaar en wat er allemaal gebeurd was.
‘Heb jij Stan nog gesproken?’ vroeg Gerben aan Ron.
‘Tijdje geleden, hij gaat deze zomer naar Oostenrijk.’
‘Jammer’ zei Marc.
Daar was Gerben het helemaal mee eens. Het was vorig jaar lachen geweest met Stan. Hij had een apart soort humor en kwam altijd met onverwachte opmerkingen. Hij was het ook geweest die Jacqueline bij het groepje had gehaald. Marc had laten merken dat hij haar er leuk uit vond zien en Stan had het niet kunnen laten haar aan te spreken. Marc baalde in het begin wel, maar dat was snel over. Nog dezelfde avond lagen ze zoenend op het strand, en die liefde was zo gebleven de rest van de vakantie. Na de vakantie hadden ze nog wel even contact gehouden maar ze woonden te ver van elkaar vandaan. Zij had op school al snel een ander vriendje en sindsdien had Marc niets meer van haar gehoord. Of zelf van zich laten horen. Hij vond het wel best. Gerben was jaloers geweest. Niet zo zeer vanwege Jacqueline, maar wel om het idee een vriendinnetje te hebben. Marc had hem niet laten vallen, alleen ging Jacqueline wel overal mee naar toe. Gerben vroeg zich af wat erger was geweest. Neus op de feiten. Ze had nog een vriendin, Laura, die ging ook altijd mee, maar daar voelde Gerben niets voor. Of durfde hij niet? Het was gezellig geweest, maar het knaagde wel aan hem.

De jongens liepen terug en spraken af om die avond het strand op te gaan. Gerben liep naar zijn caravan en ging buiten in de zon zitten bij zijn ouders. Hij pakte wat te lezen maar zag niet wat er stond. Zijn gedachten dwaalden af naar vorig jaar en naar Stan. Jammer dat die er dit jaar niet was. Hij mocht hem wel. Stan was wat Gerben wilde zijn: open, vrij, geen last van verlegenheid. Ongemerkt had Stan hem wel geholpen met die dingen, met Stan in de buurt ging alles makkelijker. Hij was zo’n jongen die je altijd in je buurt wilde hebben, altijd gezellig, altijd in voor iets leuks. Gerben begon te malen in zijn kop. Hij had er altijd voor gezorgd dat Stan in zijn buurt was. Of, beter gezegd, dat hij in de buurt van Stan was. Alle informatie die van Stan af kwam, zoog hij op als een spons. In de weken voor de vakantie had hij vaak aan Stan moeten denken. Had hij gehoopt dat hij er weer zou zijn. Dus niet. Tegenvaller. Gerben baalde er meer van dan hij eigenlijk wilde. Het woord obsessie flitste even door zijn hoofd. Daar schrok hij van. Hij herkende het gevoel wel. Beetje zorgen maakte hij zich daar wel over. Af en toe leek het op verliefdheid. Maar dat kon het niet zijn. En al die meisjes dan? En Annemiek dan? Daar was hij toch meer dan gelukkig mee? Hij sloeg geërgerd een bladzijde om. Onzin. Hij zette de gedachten van zich af en begon te lezen.

Gerben trapte hard tegen de bal. Met een boog vloog die over het zand in de richting van Marc. Die trapte hem meteen door naar Ron. Ze stonden in een driehoek op het natte harde zand. Laag water. Zee van ruimte. Er stond een zachte wind. Door het trappen tegen de bal verplaatsten ze zich langzaam over het strand, ze waren al een eindje van de duinovergang weg gedwaald. In de verte kwamen twee mensen aan lopen. Marc en Ron stonden met hun rug naar ze toe. Gerben schonk er geen aandacht aan, hij zag de bal op zich afkomen en ging op één been staan, zijn andere al naar achteren zwaaiend. Hij trapte op het juiste moment, met een hoge boog zwaaide de bal naar Marc. Hij keek hoe Marc de bal weer doorspeelde naar Ron en keek nog een keer naar de twee mensen. Twee meisjes, zag hij nu. Hij glimlachte toen hij ze herkende. Hij liep iets achteruit om de bal op te kunnen vangen maar liet verder niets merken. Hij plaatste de bal achter Marc zodat die zich om moest draaien om bij de bal te kunnen. Die zag de meisjes op zich af komen en legde de bal stil. Hij zwaaide naar ze, hij had ze ook herkend. Jacqueline en Laura lachten toen ze dichterbij kwamen. Gerben liep naar Marc en Ron toe. Ze gingen in het zand zitten en vertelden elkaar hoe het ze vergaan was het afgelopen jaar. Het was al weer een tijdje uit met de vriend van Jacqueline. Marc keek even naar Gerben en glimlachte. Ze liepen naar de camping terug en gingen op het terras voor de caravan van Jacqueline zitten. Voor de caravan ernaast zat een jongen van hun leeftijd met een ventje van een jaar of 6 te spelen. Ze stoeiden wat en het jongetje schaterde het uit. Gerben keek er even lachend naar. Af en toe liet de jongen het kleine ventje winnen en lag gespeeld hulpeloos op de grond. Het jochie had groot plezier en zat triomfantelijk op de rug van de jongen.
‘Maar wat hoorde ik, Gerben?’ haalde Jacqueline hem uit zijn afwezigheid. ‘Heb je een vriendin?’
Gerben schrok op en draaide zijn gezicht weer terug naar de rest. Hij glimlachte en knikte.
‘Hoe heet ze?’
‘Annemiek,’ zei Gerben niet zonder trots. Naast hem hoorde hij de jongen lachen.
‘Heb je een foto van haar?’ vroeg Jacqueline nieuwsgierig.
Gerben haalde zijn portemonnee uit zijn broekzak en viste de pasfoto tevoorschijn. Laura en Jacqueline keken er na.
‘Leuk meisje hoor’ zei Jacqueline en gaf de foto aan Ron die nieuwsgierig zat te kijken.
‘Ze ziet er leuk uit, Gerben,’ zei hij. Hij gaf de foto terug. Gerben borg hem weer op en stond even op om alles weer terug in zijn broekzak te doen.
‘Hoelang hebben jullie al iets samen,’ vroeg Laura.
‘Een paar weken,’ zei Gerben en keek nog een keer opzij. De twee jongens hadden nog steeds de grootste lol samen. Gerben keek weer terug en zag nog net dat Marc naar Jacqueline zat te kijken. Hij lachte van binnen, dat zou wel weer goed komen met die twee, dat merkte hij aan allebei.
‘Morgen grote barbecue hier op de camping, zullen we allemaal gaan?’ vroeg Ron ineens. Ze keken elkaar aan en vonden het een goed idee. Het was ondertussen laat genoeg geworden, het buurjongetje was naar bed, de jongen zat onderuit in een stoel een computerspelletje te spelen op een Gameboy. Iedereen ging naar huis, zoals dat al snel heet, terwijl het maar een onderkomen voor een paar weken is. Gerben liep langs het terras van de jongen en keek nog een keer naar hem. Wat interesseerde hem nou zo? Hij gaf hem hetzelfde gevoel dat Stan hem gegeven had vorig jaar. Raar, hij leek nog niet eens op hem. Hij slenterde terug naar zijn caravan. Hij dacht aan Annemiek en besloot de volgende dag maar eens een brief te schrijven.

Gerben zat de volgende middag aan een tuintafel met een schrijfblok voor zijn neus en staarde voor zich uit. Hij kon niets origineels bedenken, wat op papier stond waren nietszeggende dingen. Een standaard het-gaat-wel-goed-en-ik-mis-je verhaal. Hij vouwde het op en stopte het in een envelop. Ze moest het er maar mee doen. Meer hoefde ze waarschijnlijk ook niet te lezen. Hij plakte een postzegel en liep naar de brievenbus. Hij kwam langs de caravan van Jacqueline en zag de jongen op het terras ernaast zitten. Hij keek even op en knikte iets van hallo. Gerben liep door en postte de brief. Annemiek. Voordat de brief de bodem van de bus raakte dacht hij alweer aan die jongen. Wat fascineerde hem nou zo? In gedachten liep hij de camping af het bospad in. Hij was verward.

De barbecue die avond was erg gezellig. De ouders van Gerben en Marc zaten aan een tafeltje, Marc, Ron, Jacqueline, Laura en Gerben aan een tafeltje verderop. Er werd flink gelachen. Gerben had goede zin, en honger. In zijn ooghoek zag hij hem weer zitten. Af en toe bewoog Ron zich in beeld, maar Gerben had hem al snel in de gaten. Hij zat aan een tafeltje met zijn ouders en zijn kleine broertje. Eén keer keken ze elkaar recht aan. Gerben zag nog hoe de jongen even een glimlach van herkenning gaf, net voor hij zijn hoofd afwende. Alsof hij zich betrapt voelde.
‘Wat ben je stil, mis je haar?’
Het was Jacqueline die hem weer terug uit zijn gedachten haalde. Terug naar deze wereld. Gerben glimlachte maar een keer.
‘Nee hoor,’ zei hij gespeeld zelfverzekerd, ‘dat valt wel mee.’
‘Nou,’ lachte Marc, ‘je was ver weg leek het wel.’
Ron zat af en toe naar Laura te kijken, Gerben zag het. Van binnen moest hij lachen. Hij kende Ron al langer, die zou daar nog wel moeite voor doen. Het verbaasde Gerben eigenlijk dat die twee vorig jaar al niet iets met elkaar hadden gehad. Hij keek nog een keer naar Ron en zag de jongen in de verte. Zijn ogen focusten om en om, dan weer Ron, dan weer de jongen. Gerben knipperde een keer met zijn ogen, niet meer doen. Dat zou te veel opvallen. Waarom keek hij nou zoveel? Waarom wilde hij het verborgen houden voor de rest? Gerben’s hoofd draaide weer door. Hij concentreerde zich weer op zijn vrienden. Hij zag dat Marc en Jacqueline steeds meer tegen elkaar zaten te praten, Ron en Laura probeerden zo gewoon mogelijk tegen elkaar te doen. En hij? Hij zat met een vriendin vele kilometers weg.

De volgende middag zat iedereen bij elkaar op het terrasje bij Jacqueline. Gerben was als laatste aan komen lopen. Hij had de jongen meteen zien zitten, van een afstand al. Onderuit, boek voor zich. Hij ging zitten op een plek waar hij de jongen een beetje in de gaten kon houden. Ze lachten, en Gerben lachte mee. Schuin oog naar een eindje verder. Zijn ooglenzen draaiden overuren; Ron scherp en jongen wazig, Ron wazig en jongen scherp. Zoom in, zoom uit.
‘Balletje trappen op het strand?’ vroeg Ron.
Marc stond al op. Jacqueline stak haar hand uit en liet zich uit de stoel trekken door Marc. De jongen keek een keer op. Gerben vond het eigenlijk wel best. Hij werd nerveus van die jongen in zijn buurt. Hij kon het niet laten er naar te kijken maar kon er verder ook niets mee.
‘Ga je mee het strand op?’ vroeg Ron.
De jongen glimlachte. Gerben keek hem aan, en wist niet wat hij moest denken.
‘Oké’ antwoordde de jongen.
Ron stak zijn hand uit. ‘Ik ben Ron, dat is Laura’ – natuurlijk noemde hij haar als eerste – ‘dat is Jacqueline, Marc en Gerben.’
Hij kreeg een hand terug van de jongen. Die keek een keer naar iedereen.
‘Lars,’ zei hij toen.

Ron, altijd de gastvrije, liep naast Lars het strand op. Gerben’s hoofd maalde. Hij voelde zich goed, dit was een mooie manier om hem beter te leren kennen. Marc trapte de bal een eind het strand op en Ron rende er achter aan. Er werd wat heen een weer geschopt, en flink gelachen. Jacqueline was niet flauw en liet zich niet kennen. Gerben kreeg een keer een harde schouder van haar en viel in het zand. Marc trok hem weer overeind. Lars keek hem een keer lachend aan. Het was bewolkt, maar Gerben had het al snel warm. Gerben ging even in het zand zitten, naast Laura. Ze keken samen naar de anderen. Lars had zijn jas uit gedaan, het lag op een hoopje naast Gerben. Hij keek er een keer naar en staarde toen weer naar voren. Eigenlijk wilde hij weg. Even eindje lopen. Maar aan de andere kant ook absoluut niet. De rest kwam er bij zitten. Er werd gezellig gekletst, over school, vrienden thuis, die er eigenlijk niet toe deden die vakantiedagen. Gerben vond dat altijd een raar idee. In die paar weken vakantie was de hele wereld anders, andere omgeving waar je je al snel thuis voelde, andere mensen waarbij je al snel het gevoel had dat je ze al jaren iedere dag zag. Lars zei niet zoveel, hij luisterde vooral. Door de nieuwsgierigheid van Jacqueline wist Gerben al wel dat hij geen vriendin had. Gerben beleefde het allemaal maar half. Zijn gedachten dwaalden af naar Annemiek en hij voelde zich een beetje schuldig dat hij maar weinig aan haar dacht. Of miste hij haar toch? Waarom anders dat schuldgevoel? Hij kreeg een duw van Ron.
‘Annemiek zeker?’ lachte hij.
Gerben mompelde een keer iets onverstaanbaars en keek met een schuin oog naar Lars. Die lachte. Jacqueline zat hem veelbetekenend aan te kijken met een grijns op haar gezicht.
‘Valt niet mee, he?’ lachte ze.
“Ach, op zich wel, maar af en toe denk je er toch aan,’ zei Gerben. Het kwam er gemaakt uit.
Marc lachte een keer. De rest praatte verder, Gerben dwaalde weer weg.

Die avond kwamen ze bij elkaar in de hal. Ze stonden bij een tafeltennistafel en speelden tegen elkaar. Gerben had zojuist gewonnen van Ron. Zoals bijna altijd. Lars nam het batje van Ron over en ging tegenover Gerben staan.
‘Van mij win je niet zo gemakkelijk,’ zei hij strijdlustig.
‘Kom maar op,’ lachte Gerben.
Lars had gelijk. Gerben had geen schijn van kans. In het begin kon Gerben Lars nog wel bijhouden, maar dat veranderde al snel. Marc zat lachend te kijken hoe Gerben werd ingemaakt.
‘Eindelijk iemand die hem aankan,’ hoorde Gerben hem zeggen.
Hij keek een keer naar Marc. Die zat op een stoel te kijken, met Jacqueline op zijn schoot. Gerben grijnsde een keer naar Marc die teruglachte. Dat zat wel goed met die twee. Het werkte aanstekelijk, Ron stond erg dicht bij Laura tegen een andere tafel aan naar hen te kijken. Af en toe keken Lars en Gerben elkaar aan, licht voorover gebogen, wachtend op de bal van de tegenstander. Het potje was snel voorbij. Lars won met groot verschil. Hij kwam lachend om de tafel gelopen en gaf Gerben een hand. Gerben glimlachte en nam de hand van Lars aan. Marc en Jacqueline speelden een potje tegen elkaar. Gerben zat op een stoel, Lars hing tegen een andere tafel. Gerben zag dat Ron voorzichtig zijn hand achter Laura had gezet. Ze stonden nog dichter tegen elkaar. Laura hing zelfs een beetje scheef in de richting van hem. Lars keek naar Marc en Jacqueline. Die strijd ging redelijk gelijk op. Gerben zijn hoofd ging op en neer met de bal mee. Marc hield de bal vast. Gerben keek hem aan. Marc keek lachend naar Jacqueline en knikte naar Ron en Laura. Jacqueline en Gerben keken allebei tegelijk. Ze zagen nog net dat ze elkaar zoenden. Lars zag het ook en glimlachte starend naar de twee. Hij keek even naar Gerben en haalde een keer zijn wenkbrauwen op. Hij lachte. Gerben lachte terug.

De volgende middag gingen Marc, Jacqueline, Ron en Laura naar een stadje in de buurt. Gerben had geen zin om te winkelen en bleef op de camping. Hij had bij de receptie post opgehaald, een brief van Annemiek. Toen hij terugliep kwam hij langs de caravan van Lars. Lars zat buiten te lezen. Hij lachte toen hij Gerben zag lopen.
‘Ook geen zin om te gaan shoppen?’
Gerben lachte. ‘Alsjeblieft niet zeg.’
‘Zin in een revanche voor gisteren?’
‘Je klinkt me te zelfverzekerd, maar vooruit,’ lachte Gerben.
Lars stond op en pakte zijn schoenen. Gerben vouwde de brief van Annemiek dubbel en stopte die in zijn achterzak. Ze liepen samen naar de hal, Lars sloeg als eerste op. Het begon voor Gerben nog slechter dan de dag ervoor. Binnen korte tijd stond hij al hopeloos achter. Geconcentreerd keken ze elkaar aan als een van de twee de bal moest opslaan. Voor Gerben was er geen beginnen aan. Lars won weer met duidelijke voorsprong.
‘Nog een potje?’ vroeg Lars lachend.
‘Ik geloof het wel,’ lachte Gerben, ‘bovendien vind ik het hier te heet worden.’
Het was een zonnige dag, en het was inderdaad flink warm aan het worden. Lars glimlachte en ze liepen samen naar buiten.
‘Ik ga zo nog even het strand op, zin om mee te gaan?’ vroeg Gerben.
‘Mij best,’ zei Lars.
Ze liepen samen het bospad op en liepen de trap over de duinen op.
‘Ik moet je wel wat bekennen,’ zei Lars gniffelend.
Gerben keek hem vragend aan.
‘We hebben thuis een tafeltennistafel staan, ik speel het regelmatig,’ lachte Lars.
Gerben gaf hem een duw en schoot in de lach.
Ze liepen naast elkaar door het zand.
‘Heerlijk dit,’ zuchtte Gerben.
‘Inderdaad,’ antwoordde Lars.
Ze kochten een blikje fris bij een strandtent en liepen een eindje verder. Gerben liep op een paal af en ging er tegenaan zitten. Lars ging naast hem zitten.
‘Hier zit ik nou vaak’ zei Gerben, ‘gewoon voor je uit staren.’
‘Nadenken?’ vroeg Lars.
‘Soms.’
‘Is zij nu ook op vakantie?’
‘Ja, een paar honderd kilometer verder.’
Lars keek hem aan. “Zit je veel aan haar te denken hier?’
‘Niet speciaal, gewoon, over van alles en nog wat.’
‘Mis je haar?’
‘Niet echt. Gek eigenlijk.’
‘Hoezo?’
Gerben lachte. “Jongen, ik ben een hele tijd stiekem tot over mijn oren verliefd geweest, en nu ik eindelijk iets met haar heb mis ik haar eigenlijk geen moment. Dat is toch raar?’
Lars haalde zijn schouders op en trok zijn blikje open. Hij kneep zijn ogen een beetje dicht toen hij het open trok en het kort siste.
‘Heb jij wel eens verkering gehad?’ vroeg Gerben.
‘Niet echt.’ Lars keek stuurs voor zich uit.
‘Mijn zus heeft al jaren een vriend, daar is ze nu ook mee op vakantie.’
‘Heb je nog meer broers of zussen?’
‘Nee. Ze is vijf jaar ouder. Jij nog meer broers of zussen naast jouw kleine broertje?’
‘Halfbroertje,’ zei Lars kort.
‘Sorry.’
‘Geeft niet.’
‘Zijn jouw ouders gescheiden?’
‘Zo kun je het noemen. Mijn vader leeft niet meer. Mijn moeder is twee jaar later opnieuw getrouwd, en een jaar later werd Martijn geboren.’
Gerben viel stil. Ze keken elkaar even aan.
‘Hoe oud was je?’
‘Ik was zes. Hij werd ziek, en ineens was hij er niet meer. Zomaar.’
Gerben keek hem even aan, maar Lars staarde strak naar het water van de zee. Zijn lippen strak op elkaar, zijn ogen knipperde af en toe. Hij nam een slok van zijn blikje en keek toen naar Gerben. Hij glimlachte.
‘Sorry,’ zei Gerben.
‘Geeft niet, kon jij ook niet weten. Ik had het ook niet hoeven te vertellen. De meeste mensen denken toch dat het gewoon mijn vader is.’
‘Is het toch ook een beetje?’
‘Nee,’ zei Lars fel, ‘dat is hij niet. Zegt hij zelf ook altijd trouwens. “Ik ben de nieuwe man van jouw moeder, je hebt maar één vader en die mag je nooit vergeten.” Maar ik kan het goed met hem vinden.’
‘Gaaf.’
‘Zeker. Ik kan met alles bij hem terecht. Hij is eigenlijk ook net een soort vader voor me. Maar als je oplet merk je dat Martijn gewoon papa tegen hem zegt en ik hem altijd Hans noem.’
‘Apart.’
Lars glimlachte. ‘Er staat ook een foto van mijn vader op de kast. Mijn moeder wilde die op een gegeven moment wegzetten, vond ze vervelend voor Hans. Daar was hij het niet mee eens. Hij vond dat het een stuk uit ons leven was en dat mijn vader niet zomaar vergeten mocht worden.’
‘Dus die foto staat er nog gewoon?’
Lars glimlachte. ‘Zeker wel. Hans zegt wel eens dat ik steeds meer op mijn vader ga lijken.’
‘Mis je hem?’
‘Mijn vader? Ik weet het niet. Ik was zes. Ik ben nu vijftien, het is negen jaar geleden. Dat is al drie jaar langer dan mijn leeftijd toen. Ook stom eigenlijk, ik leef al langer zonder hem dan met hem. En mijn moeder is alweer zeven jaar met Hans getrouwd. Maar ik denk nog vaak aan hem.’
‘Zoals hier, zittend in het zand met de zee voor je?’
Lars glimlachte maar zei niets meer. Hij staarde over het water.
‘Hier hou je verder je mond over tegen de rest, he?’ vroeg hij plotseling.
‘Natuurlijk,’ zei Gerben en sloeg Lars een keer op zijn knie. Lars knipperde een keer met zijn ogen en zuchtte. Hij keek een keer naar Gerben en haalde zijn schouders op.
‘Dank je,’ zei hij zacht. Hij staarde voor zich uit.
‘Waarom vertel ik je dit eigenlijk?’ vroeg hij opeens terwijl hij naar de zee bleef kijken.
‘Zeg het maar,’ zei Gerben.
‘Geen idee. Maar ik vond gewoon dat je het moest weten. Vraag me niet waarom. Ik heb het gevoel dat ik je kan vertrouwen.’
Gerben keek naar hem. Lars keek voor zich uit, je kon zien dat hij na zat te denken. Opeens draaide hij zijn hoofd naar Gerben en glimlachte. Hij stond op en stak zijn hand uit naar Gerben. Die pakte zijn hand en liet zich omhoog trekken. Lars sloeg ineens zijn arm om Gerben heen en hield hem even stevig vast.
‘Dank je wel,’ fluisterde Lars.
‘Graag gedaan,’ zei Gerben.
‘Kom, we gaan weer een stukje lopen.’
Ze keken elkaar lachend aan en liepen verder.
‘Win je thuis ook zo vaak?’ vroeg Gerben.
‘Van Hans af en toe, Martijn laat ik vaak winnen. Maar vergis je niet, ik win omdat ik groter ben, Hij moet veel meer lopen om overal bij te kunnen met die kleine armen van hem. Maar als ie wat groter is kan ik het voortaan wel vergeten.’ Lars lachte toen hij het zei.
‘Ergens in deze drie weken maak ik je nog een keer in,’ zei Gerben strijdlustig.
‘Ik wens je veel succes, probeer eerst maar eens van Martijn te winnen,’ lachte Lars terug.
‘Pas maar op,’ gniffelde Gerben en gaf Lars een zachte duw. Lars duwde terug en lachte.
Ze waren al een flink stuk afgedwaald en besloten weer terug te lopen. Het begon al wat later in de middag te worden. Ze draaiden om en liepen hetzelfde stuk weer terug. Veel zwijgen, weinig woorden. Af en toe keken ze elkaar een keer aan en glimlachten. Ieder zijn eigen gedachten. Het verhaal van Lars had indruk gemaakt op Gerben. Hij probeerde zich voor te stellen hoe dat bij hem thuis zou zijn. Hij kon zich er geen voorstelling van maken. Hij keek een keer opzij en zag dat Lars in de verte staarde terwijl hij liep. Zijn hoofd keek schuin naar de zee. Gerben vroeg zich af wat hij nu zou denken. Lars merkte dat Gerben naar hem keek en glimlachte terug. Ze liepen langs de caravan van Lars en stonden nog even te praten. Lars liep naar binnen.
‘Ik zie je vanavond wel,’ zei hij.
‘Vanavond,’ zei Gerben als bevestiging.
‘Nog bedankt he?’ Lars stak zijn duim een keer omhoog. Gerben glimlachte terug en liep weg.

Nadat hij gegeten had ging Gerben op zijn bed liggen. Hij pakte de brief uit zijn broekzak en maakte de envelop open. Hij begon liggend op zijn buik te lezen. Ze maakte het goed. Er waren veel jongens en meisjes van haar leeftijd en het was supergezellig. Natuurlijk miste ze Gerben en dacht ieder moment aan hem. Verder vertelde ze nog wat ze had meegemaakt daar en eindigde met veel kusjes. Gerben las de brief nog een keer over en draaide zich zuchtend op zijn rug. Starend naar het plafond dacht hij aan Annemiek. Hij miste haar toch wel. Vooral haar armen om hem heen, haar zachte kussen op zijn wang en op zijn lippen. Hij miste haar handen over zijn rug. Hij zuchtte weer een keer en sloot zijn ogen. Hij zag haar voor zich, haar stralende gezicht als ze lachte. Ze was een leuke meid, zonder twijfel. Eigenlijk had hij geluk met haar. Ze was leuk, maar vooral niet overdreven. Ze viel eigenlijk niet op, net zoals hijzelf. Misschien dat ze daarom zo goed bij elkaar pasten. Nog twee en een halve week.

Die avond werd er weer getafeltennist. Marc en Lars waren Gerben komen halen. Gerben was van zijn bed opgestaan en had de brief van Annemiek opgeborgen. Lars speelde een partij tegen Marc terwijl Gerben nog met zijn gedachten bij Annemiek zat. Marc stond al snel achter. Gerben en Lars keken elkaar een keer aan en grijnsden naar elkaar. Marc moest eens weten. Lars trok zijn wenkbrauwen een keer op en lachte. Wist Marc veel dat Lars regelmatig speelde. Laat hem maar zweten. Nadat Marc verloren had nam Ron het van Lars over. Lars kwam naast Gerben zitten.
‘Nog maar even niets zeggen?’
Gerben schoot in de lach. ‘Nee, ze vragen het vanzelf wel een keer. Het valt wel op dat je vaker speelt.’
‘Het valt me nog mee dat ze nu al geen vragen stellen,’ lachte Lars. Hij keek met een balorig gezicht naar Gerben.
‘Als je weddenschappen af gaat sluiten zullen ze daar wel mee beginnen,’ gniffelde Gerben.
‘Dat zou ook niet helemaal eerlijk zijn.’ Lars keek Gerben glimlachend aan.
Gerben hield de tafeltennistafel in de gaten en keek hoe Marc en Ron probeerden elkaar te snel af te zijn. Annemiek verdween weer naar de achtergrond.

Het was warm. De zon brandde aan de hemel. Gerben liep met Marc naar de caravan van Jacqueline. Daar zouden ze verzamelen om die dag naar het strand te gaan. Ron en Laura waren er al toen ze aan kwamen lopen. Lars kwam net zijn caravan uit gelopen. De rest stond op om naar het strand te lopen. Ron en Laura liepen hand in hand. Marc en Jacqueline liepen naast elkaar. Op het strand legden Ron en Laura hun badlakens dicht tegen elkaar, Marc en Jacqueline ook. Gerben ging iets van hen af liggen. Lars stond naast Gerben en legde zijn badlaken naast die van Gerben neer. Hij ging zitten en trok zijn T-shirt uit. Hij draaide zich op zijn buik en leunde op zijn ellebogen. Gerben zat naast hem en keek naar zijn bruine rug. Ron en Laura lagen wat te zoenen, Marc was de rug van Jacqueline aan het insmeren met zonnebrandolie. Gerben keek er naar.
‘Heb je nog iets van haar gehoord?’ vroeg Lars achter hem. Gerben draaide zich om.
‘Gisteren een brief gehad,’ zei hij.
‘Die je gisteren bij je had toen je aan kwam lopen?’
Gerben knikte.
‘Moest je die niet meteen lezen dan?’
Gerben haalde zijn schouders op. ‘Ik dacht dat ik een potje tafeltennis kon winnen.’ Hij lachte. Lars glimlachte terug.
‘Dat partijtje kon daarna toch ook nog?’
‘Die brief ook. Maakt niet zoveel uit.’
Lars keek Gerben een keer verbaasd aan maar zei er verder niets meer van.
‘Is er bij jou op school geen meisje wat je leuk vind?’ vroeg Gerben.
Lars haalde zijn schouders op. ‘Niet echt. De meeste stellen zich zo aan.’
‘Altijd als ze bij elkaar zijn,’ lachte Gerben.
Lars glimlachte.
‘Wie gaat er mee het water in?’ Marc stond op toen hij het vroeg. Hij trok Jacqueline omhoog en samen liepen ze het water in. De rest volgde. Marc en Ron renden het water in en lieten zich voorover vallen. Jacqueline en Laura liepen voorzichtig verder.
‘Zo te zien is het water koud,’ lachte Gerben.
‘Gewoon doorlopen en jezelf laten vallen, ben je er het snelst doorheen,’ zei Lars, ‘als je het zo langzaam doet duurt het alleen maar langer.’
Lars raakte even de rug van Gerben aan en duwde hem zachtjes.
‘Tegelijk?’ Hij keek Gerben vragend aan.
Gerben antwoordde niet. Hij keek Lars een keer lachend aan en zette het toen op een lopen. Lars volgde hem en met een hoop geplons stormden ze het water in. Ze renden naast elkaar, liepen spetterend om Jacqueline en Laura heen die daar niet blij mee waren en doken tegelijk naar voren. Ze kwamen tegelijk weer met hun hoofd boven water. Lars lachte naar Gerben.
‘Zie je wel?’
‘Echt warm is het niet.’
‘Dat went snel, watje,’ lachte Lars.
Hij sloeg met zijn hand een golf water naar Gerben. Die sloeg meteen een slag water terug. Ron had een frisbee mee het water in genomen en gooide die voor Laura in het water. Die was ondertussen al tot haar middel het water in.
‘Dat schiet niet op zo,’ lachte Marc en liep op de twee af.
Jacqueline begon al te protesteren. Hij spetterde water naar de twee die meteen begonnen te lachen en gillen. Hij rende op Jacqueline af en pakte haar vast. Hij trok haar wat verder het water in en sloeg zijn arm om haar nek. Hij trok haar hoofd naar beneden en zocht met zijn been die van haar om haar te laten struikelen. Jacqueline kon het wel hebben. Haar tegenstand was meer gespeeld dan ernst. Ze stoeide flink mee, maar viel op een gegeven moment toch het water in. Laura zag wat er gebeurde en wist dat ze de volgende zou zijn. Ron kwam al op haar af. Ze haalde een keer diep adem en zakte door haar knieën. Ron was net te laat bij haar. Ze kwam weer omhoog toen hij bij haar was en gaf hem een kus. Gerben keek er naar en glimlachte. Hij voelde de hand van Lars tegen zijn arm tikken. Hij keek hem aan. Die knikte naar Marc en Jacqueline. Ze kwamen nog net met hun hoofd boven het water uit en kusten elkaar.
‘Dat werd tijd, geloof ik?’
‘Inderdaad,’ lachte Gerben.
‘In het begin dacht ik dat ze al wat met elkaar hadden.’
‘Vorig jaar hadden ze wat met elkaar. Na de vakantie is dat weer uit gegaan, ze woonden te ver van elkaar af. Zij had ineens een ander.’
‘En nu dan?’
‘Dat is ook al weer een tijdje uit. Dus je kon er op wachten dat ze weer iets met elkaar zouden krijgen hier.’
Lars glimlachte en stak zijn hand op naar Ron. Die had de frisbee weer gepakt en gooide hem naar Lars. Hij viel een stukje voor hem neer in het water. Gerben en Lars liepen er tegelijk naar toe. Dat ging zwaar, ze stonden tot hun borst in het water. Met hun armen boven het water ploegden ze er naar toe. Lars was iets sneller. Gerben pakte zijn arm en trok hem naar achteren. Ze doken tegelijk naar de frisbee en probeerden elkaar weg te duwen. Ze stoeiden met elkaar, af en toe een arm uitstrekkend om de frisbee te pakken. Lars reikte met zijn arm maar Gerben duwde zijn arm weer naar beneden. Lars lachte en duwde Gerben weg. Hij had hem te pakken en keek Gerben triomfantelijk aan. Hij gooide de schijf naar Ron terug, Marc en Jacqueline hadden even niet in de gaten wat er allemaal gebeurde. Laura deed wel een poging de frisbee te pakken, maar dat had geen effect. Ron was een stukje groter en zij had geen schijn van kans. Lars probeerde bij Gerben weg te komen maar die bleef dicht bij hem in de buurt. Ze duwden en trokken aan elkaar toen Ron de frisbee hun kant op gooide. Gerben legde zijn hand op de schouder van Lars en duwde hem naar beneden toen de schijf vlak bij hen was. Hij zocht met zijn voet het been van Lars en haalde hem onderuit. Lars verloor zijn evenwicht en Gerben dook vooruit. Hij had de schijf te pakken. Hij werd van achteren door Lars vastgepakt, zijn armen om zijn hals. Gerben viel bijna achterover, Lars probeerde met een hand de frisbee af te pakken. Gerben gooide het snel terug naar Ron. Hij hoorde Lars vlak bij zijn oor lachen. Gerben kreeg er goede zin van. Het Stan-gevoel was terug. Lars gaf hem een duw voorover en liet hem weer los. De rest ging het water weer uit. Lars en Gerben liepen achter hen aan. Ze klopten hun handdoeken uit en droogden zich af. Gerben legde zijn badlaken weer op het zand en ging op zijn buik liggen. Ron en Laura lagen op hun zij dicht tegen elkaar aan, Marc en Jacqueline volgden hun voorbeeld. Lars stond zich af te drogen en keek er glimlachend naar. Hij legde zijn handdoek tegen die van Gerben aan en ging op zijn buik naast hem liggen, steunend op zijn ellebogen. Gerben zocht in zijn tas naar een blikje. Hij trok hem open en strekte zijn arm naar Lars.
‘Slokje?’
‘Lekker. Jij wat chips?’ Lars haalde een zak chips uit zijn tas en legde die tussen hen in.
Gerben keek even naar de twee kleffe stelletjes en pakte toen wat chips uit de zak.
‘Mis je haar nou niet?’
‘Nee, niet echt.’
‘Zit niet echt diep, die verkering van jullie, of wel?’
Gerben haalde zijn schouders op. ‘Ik weet het niet.’
‘Mooie test, zo’n vakantie.’
‘Het gaat best wel goed, hoor.’
‘Jawel, maar dan moet je elkaar toch missen? Ik zou balen als ik een vriendin had en we waren drie weken zonder elkaar.’
‘Ik weet het ook niet. Ik kijk er zelf ook wel van op. Het gaat wel goed, maar toch is er iets. Ik mis iets. Ik weet alleen niet wat. Ik zie het wel als ik thuis ben.’ Gerben glimlachte.
Lars ging op zijn rug liggen en sloot zijn ogen. Gerben lag met zijn hoofd op zijn armen en keek naar hem. Je kon zien dat hij lag te denken. Zijn borstkast ging langzaam met zijn ademhaling op en neer. Zijn haren zaten in de war, ze droogden langzaam door de zon. Gerben sloot zijn ogen. Naast hem giechelde Jacqueline. Zijn gedachten dwaalden af. Wat zou Annemiek nu aan het doen zijn?

De volgende dag was het net zo warm. Gerben liep met zijn handdoek en zijn tas naar de caravan van Jacqueline. Lars zat voor zijn caravan met zijn moeder, Hans en Martijn gebak te eten. Gerben kwam er even bij staan.
‘Ik ga vandaag niet mee,’ zei Lars, ‘we gaan vandaag een dagje weg.’
‘Jammer,’ zei Gerben.
Lars glimlachte. ‘Gaan we vanavond toch zwemmen?’
‘Vanavond?’ Gerben keek verbaasd.
‘Nog nooit gedaan, ‘s avonds zwemmen? Gaaf hoor.’
‘Mij best,’ lachte Gerben.
‘Ik kom je wel halen.’
‘Tot vanavond dan maar.’
Ze lachten even naar elkaar en Gerben liep door naar de rest. Ze liepen naar het strand en lagen de hele dag in de zon. Gerben vond het een beetje saaie middag. De anderen waren toch vooral met elkaar bezig. Hij dwaalde met zijn gedachten af naar Annemiek. Hij had die ochtend vroeg een brief naar haar geschreven. Een beetje verteld over de rest, over het goede weer en natuurlijk dat hij haar miste. En veel kusjes, zoiets vergeet je niet uiteraard. Die avond had hij zijn handdoek al klaar liggen. Lars kwam aangelopen en glimlachte. Gerben trok zijn schoenen aan en liep naar buiten. Lars schoot in de lach.
‘Ik zie aan je gezicht dat je je bedenkingen hebt.’
‘Nee hoor, je moet alles een keer proberen.’
‘Je zult zien, zwemmen als de zon net onder is, is supergaaf.’
‘Volgens mij is het alleen maar koud,’ lachte Gerben.
‘Kwestie van meteen doorlopen en erin duiken.’
Ze liepen het strand op en liepen richting de paal waar ze al eerder samen gezeten hadden. Lars ging zitten.
‘Nog gezellig geweest vanmiddag?’ vroeg hij.
‘Ging wel. Ze waren een beetje klef vandaag.’
Lars lachte.
‘En jij, ook leuke dag gehad?’ vroeg Gerben.
‘Ging wel. Het was zijn verjaardag vandaag.’ Lars keek strak voor zich uit.
‘Vandaar het gebak vanmorgen?’
Lars knikte. ‘Het blijft toch een feestdag, ook al is hij er niet meer. Hans zijn idee.’
Gerben keek naar Lars. Hij staarde strak voor zich uit.
‘Rare dag eigenlijk dus?’
Lars knikte kort en zuchtte een keer.
‘Mis je hem?’
Lars knikte weer en keek Gerben een keer kort aan. Zijn ogen waren rood.
‘Op een dag als vandaag maak ik alles weer opnieuw mee. Het ziekenhuis, de begrafenis, alles.’ Hij zuchtte nog een keer en keek naar het water. Er liep een traan over zijn wang. Gerben voelde zich ongemakkelijk. Misschien had hij er niet naar moeten vragen. Hij sloeg een arm om hem heen.
‘Sorry dat ik er over begon.’
‘Geeft niet, jij durft er tenminste naar te vragen.’ Lars hing zwaar tegen hem aan. Gerben wreef met zijn hand over de schouder van Lars. Die snikte.
‘Ik was zes, wist ik veel. Ik snapte wel dat hij dood was en dat dat erg was maar later besefte ik me pas dat hij ook nooit meer terug zou komen.’ Lars begon nu echt te huilen en draaide zich naar Gerben. Die sloeg zijn beide armen nu om hem heen en hield hem stevig vast. Hij aaide over zijn rug. Lars sloeg zijn armen om Gerben heen en liet zijn tranen lopen. Gerben liet het maar even zo. Hij streelde met zijn hand over Lars zijn rug. Lars haalde een keer diep adem.
‘Sorry.’
‘Geeft toch niet,’ zei Gerben en aaide Lars nog een keer over zijn rug.
Lars glimlachte. ‘Rare dag.’
Gerben glimlachte terug.
‘Kom, kleren uit, we gaan het water in,’ lachte Lars.
Hij had zich weer terug gevonden. Hij veegde een keer met de rug van zijn hand langs zijn wangen en stond op. Hij trok zijn sweater en T-shirt in één keer uit. Gerben stond op en deed hetzelfde. Lars deed zijn schoenen en sokken uit en keek lachend naar Gerben. Die was al bezig zijn trainingsbroek uit te trekken. Lars volgde, Gerben keek hoe Lars bukte om zijn broek over zijn enkels te halen. Ze stonden samen in hun zwembroek naar het water te kijken.
‘En nu heel hard lopen,’ lachte Lars en rende naar het water.
Gerben volgde hem en naast elkaar renden ze het water in. Het water was koud maar samen konden ze het aan. Ze doken tegelijk voorover en zwommen verder de zee in. Zonder vaste grond onder de voeten hielden ze stil. Lars keek lachend naar Gerben.
‘En? Valt het mee?’
‘Gaaf dit,’ grijnsde Gerben.
Ze sloegen golven water naar elkaar maar dat maakte niets meer uit. Ze waren snel aan de temperatuur gewend en zwommen samen een stukje verder om daarna weer terug naar het strand te zwemmen. Ze konden al weer staan als ze wilden.
‘Als je nou even gaat staan krijg je het koud. Als je daarna weer onder water gaat voelt het water warm aan,’ zei Lars.
Gerben ging staan. Hij stond tot zijn middel in het water, de wind maakte zijn bovenlichaam koud. Hij zakte door zijn knieën en voelde het water warm om zijn borst. Lars en Gerben gingen om en om staan, om daarna weer onder water te zakken. Ze lachten.
‘Wel eens naakt gezwommen?’ vroeg Lars.
‘Nee, nog nooit.’
‘Is gaaf man. Moet je eens doen. Voelt heel apart.’
Gerben zag hoe Lars bukte. Hij ging weer recht staan en hield zijn zwembroek boven het water. Hij lachte.
‘Kom op man, moet je ook doen.’
Gerben pakte de rand van zijn zwembroek en trok hem onder water omlaag. Hij hield hem boven water, Lars grijnsde en zwom weg. Gerben zwom achter hem aan. Het water gleed langs zijn kruis. Dat voelde inderdaad apart. Ze waren op een punt waar ze nog net konden staan.
‘Lekker he?’ vroeg Lars.
Gerben knikte glimlachend. Het wond hem op. Het wond hem ook op dat Lars zo dicht bij hem naakt was, ook al kon je niets zien. Ze zwommen naast elkaar weer een stukje terug naar het strand, zwembroek in de hand. Ze grijnsden naar elkaar. Er liepen wat mensen op het strand die het bergje kleren zag liggen en toen naar het water keken. Lars zwaaide een keer. De mensen lachten, zwaaiden en liepen weer door. Toen ze niet meer keken zwaaide Lars nog een keer met zijn zwembroek en lachte.
‘Ze moeten eens weten dat we hier in onze blote reet aan het zwemmen zijn,’ grinnikte hij.
Gerben schoot in de lach. Ze stonden tot hun middel in het water.
‘Jij durft nu niet te springen,’ zei Lars.
‘Jij wel?’
‘Jij eerst.’
‘Ja, dag.’
‘Tegelijk dan?’
Gerben keek hem onderzoekend aan. Zou hij het ook doen? ‘Oké,’ zei hij toen.
‘Ik tel tot drie,’ zei Lars.
Hij telde af en bij drie sprongen ze, tegelijk. Gerben keek naar Lars, zag zijn kruis boven water komen en weer onder water verdwijnen. Hij voelde dat Lars naar hem keek. Ze grijnsden naar elkaar.
‘Nog een keer?’ vroeg Gerben?
Lars glimlachte. ‘Oké, bij drie.’ Hij telde weer af.
Ze sprongen weer. Gerben keek weer naar het kruis van Lars, Lars naar die van hem. Het wond hem op, da moest Lars gezien hebben. Het liet Lars ook niet helemaal koud, zag Gerben wel. Lars dook opzij weg en zwom een stukje weg. Gerben zwom achter hem aan.
‘Dit hoeft de rest niet te weten, he?’ vroeg Lars.
‘Dit gaat ze geen donder aan,’ lachte Gerben.
‘Zo meteen maar eens gaan afdrogen?’
Gerben knikte, het begon koud te worden.
‘Ik durf te wedden dat jij niet naakt het strand op durft te lopen.’
‘Dat hoef je niet te wedden, dat doe ik niet,’ lachte Gerben.
Lars kwam op hem af en voor Gerben er erg in had probeerde Lars zijn zwembroek af te pakken. Hij had hem al vast, maar Gerben liet niet los. Lars kietelde hem. Gerben hield zijn zwembroek stevig vast en probeerde bij Lars vandaan te komen. Die had hem stevig vast bij zijn arm en trok hem naar zich toe. Hij probeerde met zijn andere hand zijn zwembroek te pakken, maar Gerben had zijn arm gestrekt en hield de broek ver van hem af. Gerben probeerde de zwembroek van Lars te pakken te krijgen. Zo stoeiden ze een tijdje, af en toe stonden ze met hun lichamen tegen elkaar. Gerben voelde op een gegeven moment het kruis van Lars tegen zijn kruis aan. Hun bewegingen stopten even en ze keken elkaar even aan. Meteen begon het stoeien opnieuw, maar Gerben werd nieuwsgierig. Dat wilde hij nog een keer. Net als het boven het water springen. Alles van Lars wilde hij weten. Als een spons, alles moest hij hebben. Hij had de arm van Lars vast en trok hem weer naar zich toe. Hij strekte zijn arm om de zwembroek van Lars te pakken maar zorgde er tegelijkertijd voor dat zijn lichaam weer dicht tegen die van hem kwam. Ze raakten elkaar over de volle lengte. Hij voelde de half hard geworden opwinding van Lars tegen zijn onderlichaam. Hun gezichten waren dicht bij elkaar, ze glimlachten tegen elkaar. Even hield Gerben zich stil. Hij kon even niets meer. Teveel indrukken om te verwerken. Hun lichamen tegen elkaar, hun gestrekte armen met allebei een zwembroek van zich afhoudend en het gevoel van hun half harde mannelijkheid zorgden ervoor dat Gerben niet bewoog. Daar maakte Lars gebruik van. Hij graaide naar zijn zwembroek en trok die uit de hand van Gerben. Hij maakte zich los en zwom weg. Gerben zwom achter hem aan en haalde hem in. Hij pakte hem van achteren vast en trok hem naar zich toe. Zijn rug dicht tegen hem aan. Zijn harde paal zat klem tussen zijn buik en Lars zijn rug. Lars hield een arm met zijn zwembroek schuin omhoog. Hij lachte. Gerben graaide met zijn hand en had meteen beet. Hij greep Lars in zijn kruis en kneep. Lars dook ineen en voor hij er erg in had, had Gerben zijn zwembroek te pakken. Hij draaide zich meteen om en probeerde zijn broek terug te pakken. Dat liet Gerben niet gebeuren. Hij grijnsde naar Lars en hield zijn broek treiterend omhoog. Lars dook naar voren maar Gerben hield net op tijd de broek naar achteren. Lars viel tegen hem aan. Borst tegen borst, ogen keken elkaar aan. Ze stonden stil. Een kleine ruimte tussen hen in. Ze lachten naar elkaar. Gerben deed een greep naar zijn zwembroek, maar Lars was sneller. Ze stonden nu tegen elkaar. Gerben voelde het lichaam van Lars tegen zich aan. Hij prikte Lars in zijn zij met zijn vinger wat er voor zorgde dat Lars nog dichter tegen hem aan kwam te staan. Het water kwam tot hun schouders. Gerben voelde het puntje van Lars zijn lul tegen die van hem. Hij duwde zijn heupen iets naar voren, ze gleden langs elkaar. Ze groeiden weer. Lars keek hem diep in zijn ogen, Gerben keek even diep terug. Lars had met zijn hand de pols van Gerben vast maar die gleed langzaam terug naar zijn schouder. Hij had Gerben’s schouder stevig vast en gleed toen door naar zijn hals. Gerben liet zijn hand van de middel van Lars naar zijn rug glijden. Lars keek hem nog een keer diep aan en kwam langzaam naar voren. Gerben’s hoofd draaide overuren. Wat gebeurde hier? Hij zag het gezicht van Lars dichterbij komen, hij kon wel raden wat er ging gebeuren als hij het niet tegenhield. En hij hield het niet tegen. Hij wilde het niet tegen houden. Langzaam kusten ze elkaar. Alsof ze nieuwsgierig waren. Ze keken elkaar aan en glimlachten. Gerben wilde nog een keer. Hij ging met zijn gezicht naar voren en raakte de lippen van Lars met die van hem. Hij drukte ze steviger tegen de zijne aan. Zijn arm trok Lars nog dichter tegen hem aan. Lars liet het toe. Hun lippen bleven op elkaar. Lars opende ze een beetje, Gerben antwoordde gretig. Lars wachtte af, Gerben besloot het initiatief te nemen. Zijn tong zocht zich voorzichtig een weg tussen de lippen van Lars. Hij vond het puntje van de tong van Lars, die was al aan het wachten waar hij bleef. Ze speelden met elkaar, draaiden om elkaar heen. Dicht tegen elkaar tastten ze elkaar af. Gerben voelde zijn zwembroek tegen zijn achterhoofd. De vingers van Lars streelden door zijn haar. Gerben trok zijn arm strakker om het middel van Lars, hun opgewondenheid stond in tweevoud klem tussen hen in. Gerben zijn vingers roffelden over de rug van Lars. Zijn tong zocht dezelfde cadans als die van Lars. Ze zuchtten. Gerben liet zijn hand de hele rug van Lars aftasten. Lars zijn hand graaide door zijn haar. Hun tongen draaiden cirkels. Ze voelden de kou van het water niet meer. Het enige wat ze voelden was het lichaam van de ander. Ze lieten elkaar een beetje los en keken elkaar aan. Ze glimlachten.
‘En dit hoeven ze al helemaal niet te weten,’ grijnsde Lars.
‘Gaat ze geen donder aan,’ lachte Gerben.
Gerben kuste Lars nog een keer. Die keek hem verlegen aan. Hij kuste Gerben voorzichtig terug. Hij grijnsde, Gerben had net op tijd door wat Lars van plan was. Lars graaide net mis. Gerben had zijn zwembroek net op tijd omhoog gehouden.
‘Ik krijg het nu toch echt koud,’ lachte Lars.
‘Moet je afdrogen en je kleren aandoen,’ zei Gerben plagerig.
‘Doe ik ook,’ lachte Lars en bukte. Hij trok de zwembroek van Gerben aan en liep het water uit. Gerben lachte in zichzelf. Het was de enige oplossing. Hij trok de zwembroek van Lars aan en liep achter hem aan het water uit. Ze droogden zichzelf af bij hun kleren. Ze hadden het al weer een stuk warmer. Het strand was verder leeg. Het schemerde al wat, de zon was al een tijdje achter de horizon verdwenen. Lars liet zijn handdoek in het zand vallen.
‘Moet ik nog wel mijn zwembroek terug hebben,’ gniffelde hij.
‘Gelijk oversteken?’ vroeg Gerben.
Lars knikte. Ze keken elkaar aan, ze wisten dat ze allebei te zien zouden krijgen wat ze alle twee zo graag wilden zien. Ze bukten allebei tegelijk om de zwembroek uit te trekken. Ze staken tegelijk over, ieder zijn eigen zwembroek terug. Maar ze trokken ze niet meteen aan. Ze keken naar elkaar en naar het naakte kruis van de ander. Gerben zette een stap dichterbij. Hij had er nog niet genoeg van. In zijn hoofd vielen allerlei puzzelstukjes in elkaar, en hij wilde nu alles weten. Hij keek Lars diep in zijn ogen en strekte zijn arm naar zijn middel. Lars glimlachte alleen maar en liet het over zich heen komen. Gerben pakte zijn middel en trok hem dichter tegen zich aan. Lars zijn grijze ogen boorde zich diep in de ogen van Gerben en drukte met zijn hand op zijn achterhoofd. Hun lippen vonder elkaar, hun tongen zochten zich naar elkaar toe. Ze zoenden elkaar naakt, op het strand, hopende dat er niemand aan kwam lopen. Er kwam niemand aan lopen, het strand was leeg en verlaten, alleen deze twee jongens die elkaar gaven waar ze zolang onbewust nieuwsgierig naar waren geweest. Gerben liet zijn hand zakken en kneedde de billen van Lars. Lars kreunde een keer en worstelde zich los uit de omhelzing. Hij pakte zijn kleren en kleedde zich aan. Gerben deed hetzelfde, maar niet van harte. Hij wilde alles ontdekken. Ze klopten hun handdoeken uit en rolden ze op. Gerben ging met zijn rug tegen de paal zitten, Lars kwam naast hem zitten. Gerben keek hem een keer aan.
‘Dit klopt niet, Gerben.’
‘Waarom niet?’
‘Je hebt een vriendin, lul.’
Gerben was even stil. Annemiek… Shit. ‘Ik geloof dat ik gevonden heb wat ik miste.’
Lars zei niets. Hij staarde voor zich uit.
‘Ik weet het niet, Gerben, het gebeurde gewoon.’
‘Spijt van dan?’
Lars haalde zijn schouders op.
Ze bleven nog en tijdje zitten, dicht tegen elkaar. Arm om elkaar heen, hun lippen vonden elkaar regelmatig. Spijt? Het gebeurde gewoon. Het was ondertussen donker en laat.
‘Kom,’ zei Gerben, ‘we gaan terug.’
Hij stond op en stak zijn hand uit. Lars pakte hem vast en liet zich uit het zand trekken. Toen hij rechtop stond trok Gerben hem verder, dicht tegen hem aan en gaf hem een kus.
‘Je hebt gelijk, ’s avonds zwemmen is gaaf,’ lachte hij.
Lars gaf hem een kus terug.

Ze liepen terug naar de camping. Hand in hand. Samen zwijgen. Vlak voor de poort van de ingang gaf Gerben Lars nog een kus op zijn wang.
‘Wat er verder nog gebeurd, ik heb een waanzinnige avond gehad,’ zei hij zacht.
Lars glimlachte en kuste hem terug. ‘Die vergeet ik ook nooit meer.’
Ze liepen naar de caravan van Lars en namen afscheid. Gerben keek een keer rond. Niemand in de buurt, overal gordijnen dicht. Hij gaf Lars nog een kus.
‘Welterusten, Lars.’
‘Welterusten, Gerben.’
‘Tot morgen.’
‘Tot morgen, Gerben.’
Gerben kuste Lars nog een keer, en hield zijn mond wat langer op die van Lars. Lars wurmde zijn tong tussen de lippen van hen door en vond die van Gerben. Hun tongen draaiden om elkaar heen. Lars zijn vingers streelden door het haar van Gerben, Gerben zijn handen aaiden de rug van Lars. Lars trok hem dicht tegen hem aan. Gerben duwde zijn heupen wat naar voren en voelde dat Lars net zo opgewonden was als hij. Gerben zuchtte. Lars liet hem los.
‘Ik moet nu naar binnen.’
‘Ik ook, denk ik.’
‘Welterusten, Gerben.’
‘Slaap lekker, Lars.’
‘Zal wel lukken,’ gniffelde Lars.
‘Speciale dag?’
‘Het was een hele speciale dag. Dank je wel.’
‘Ik moet gaan.’
‘Ik ook.’
Een laatste kus. Gerben liet Lars los, hun handen gleden langs elkaars armen. Gerben draaide zich om en liep weg. Hij keek nog een keer om en zag dat Lars stond te kijken. Ze glimlachten naar elkaar.

Gerben lag kort daarna in zijn bed naar het plafond te staren. Sommige dingen waren hem pijnlijk duidelijk. Alles werd hem duidelijk. Hij had het eigenlijk wel geweten, al die tijd al. Het hele gebeuren rond Stan, hij snapte nu wel waarom hij het zo goed met hem kon vinden. Verliefdheid. Obsessie, dat was het woord. Lars spookte door zijn gedachten. Het was eigenlijk al duidelijk geweest vanaf het begin dat hij hem zag. Hij draaide zich om in zijn bed. Onrust in zijn kop. Pas veel later viel hij in slaap.
© 2004 Oliver Kjelsson