Op gevoel (deel 12)

Ik lag klaarwakker op mijn rug, telefoon in mijn hand. Natuurlijk ging hij niet opnemen. Had ik zin om zijn voicemail te horen? Ik draaide me half kwaad op mijn zij en zuchtte. Was het ook wel verstandig om te bellen? Sowieso midden in de nacht? Ik draaide me om, sloot mijn ogen en dwong mezelf te gaan slapen. Wat niet lukte. Zoiets lukt nooit als je er over na gaat denken. Ik ging zitten, staarde de duisternis in en ging weer liggen. Onrust. En waarom? Waarom liet ik Elijah niet gewoon zijn ding doen, waarom sprak ik niet gewoon nog een keer met Rein af? Het was best gezellig geweest met hem in dat kroegje. Dat zoenen voelde ook zeker niet verkeerd. Ik rekte me uit. Sloot mijn ogen. Eerst maar eens slapen. Misschien dat ik dan ging bellen. Morgen weer een dag.

En wat voor eentje. Ik kon niet wakker worden, had een duffe kop. Ik schonk gapend mijn koffie in een mok, griste een voorverpakte plak ontbijtkoek uit de kast. Moeizaam kauwend ging ik in de bank zitten, nam een slok koffie en zette de tv aan. Dit ging een saaie dag worden. Ik gaapte. Zondagochtend-tv was saai. Ging ik hem nou bellen? Ik wachtte er nog maar even mee, twijfelde na een nacht nadenken. Eigenlijk was het meer een nacht piekeren. Waarom deed ik er nog zoveel moeite voor, waarom bleef het me bezig houden? Stiekem wist ik het wel. Alles met Elijah voelde goed, zo vaak overkwam me dat nou ook weer niet. Klampte ik me niet teveel vast aan dat idee? Zag ik daardoor al het gedoe niet helemaal helder? Rein was leuk, maar ook weer erg snel. Dat was mijn vooroordeel bij mensen die ik in de kroeg leerde kennen, dat wist ik ook wel. Ik zuchtte, daar ging ik weer. Teveel nadenken. Ik stond op. Nog een mok koffie.

Ik moest wat gaan doen, hier werd ik gek van. Ik had een besluit genomen, ik ging op zijn vroegst pas in de avond Elijah bellen. Niet eerder. Ik wist ook nog niet eens wat ik tegen hem zou moeten zeggen. Meteen met de deur in huis vallen ging niet werken, zo wilde ik het ook niet spelen. Ik had nog wel een klein beetje begrip, ik wilde niet overkomen als iemand die het hem alleen maar ging verwijten. Even rust nu. Nadenken. Ik ging douchen, trok wat makkelijke kleren aan. Nog een mok koffie, daarna de fiets op. Ik ging in de binnenstad wat eten. Gewoon even weg. Ik had er nog aan zitten denken om Ivar te bellen, maar dat ging ik niet doen. Door heel dat gedoe zat hij ook teveel in mijn kop. Dit ging ik even alleen doen. Ik trapte door de stad, zette mijn fiets in de stalling en liep het straatje met kroegen in. Het was redelijk rustig, heel andere sfeer dan ’s avonds.
‘Hey, Teun,’ hoorde ik.
Ik draaide me om, ik kende die stem wel, maar kon hem even niet thuisbrengen. Het was een jongen op de fiets, hij was me tegemoet komen fietsen en stopte toen hij me voorbij gereden was. Hij draaide zich om en toen herkende ik hem meteen.
‘Hé, Damian.’ Ik liep naar hem toe, gaf hem een hand. ‘Hoe is het?’
‘Goed.’
Rare sfeer dit, ik wist wat er aan de hand was, en hij wist dat ik het wist.
‘Wat ging je doen?’ vroeg hij.
‘Wat drinken, iets eten,’ lachte ik.
Hij keek me even aan, glimlachte verlegen.
‘Lust je ook wat? Heb je tijd?’
‘Nah…’
‘Kom op man, gezellig. Of had je ergens afgesproken?’
‘Nee, ik was op weg naar huis.’
‘Nou, mooi. Zet je fiets weg. Zo vaak zie ik je ook niet meer de laatste tijd.’ Ik hield mijn handen omhoog. ‘Als je zin hebt hoor.’
Hij glimlachte. ‘Is goed. Momentje.’
Ik wees naar het terras. ‘Ik zoek hier vast een tafeltje.’
‘Oké, ik ben er zo.’
Ik keek hem na, keek daarna naar het terras. Achteraan waren een paar tafeltjes vrij. Geen garantie dat het zo rustig zou blijven, maar we konden in ieder geval redelijk privé beginnen. Ik ging zitten, griste de kaart uit het houten blok met klem. Ik kreeg zin in iets. Dat stukje fietsen en de buitenlucht hadden me wakker gekregen. Ik zag Damian terug komen lopen, hij zocht waar ik zat. Ik stak lachend mijn hand op. Hij pakte de stoel tegenover me, ik tilde de kaart kort op en keek hem aan.
‘Jij ook iets eten?’
‘Hoeft niet.’
‘Dat vroeg ik niet. Heb je zin in iets? Ik betaal.’
‘Maar…’
‘Damian, eet.’
Ik gaf hem de kaart, ik wist het wel. Hij keek kort, stak toen de kaart terug in het blok.
‘Hoe gaat ie?’ vroeg ik maar weer.
‘Goed.’
‘Lekker. Met mij ook.’
‘Ik hoorde dat het uit was met die ene jongen.’
‘Elijah? Ja, dat is weer over ja.’ Ik keek verbaasd. ‘Wil vertelt veel over me hoor ik.’
Damian lachte. ‘Hij vond het wel een leuke gast.’
‘Ja, met een hoop problemen en gedoe,’ zuchtte ik terwijl ik langs hem heen keek naar de mensen op straat. ‘Laat maar,’ zei ik tegen hem, ‘heel verhaal.’
‘Jammer.’
‘Wat? Dat het over is of dat ik niet meer vertel?’
‘Het eerste,’ grinnikte hij.
Ik lachte terug. Onze bestelling werd opgenomen.
‘Hoe gaat het bij jou op dat gebied?’
Hij haalde zijn schouders op. ‘Mwoh…’
Ik glimlachte.
‘Nou ja, William heeft je wat verteld toch?’
‘Ja. Onmogelijke liefde?’
Hij glimlachte geheimzinnig. ‘Ik denk het.’
‘Wil heeft me alles wel verteld geloof ik.’
‘Alles?’
‘Ik denk het.’
Hij grijnsde nu nog geheimzinniger. Hij ging wat voorover zitten.
‘Ik snap het allemaal niet,’ zei hij wat zachter.
‘Wat?’
‘William. Ik dacht echt dat hij… gewoon, hoe hij was tegen mij, hoe hij reageerde.’
‘Hij maakte zich zorgen om je, Damian. Hij wil dat het goed met je gaat.’
‘Heeft ie toch een aparte manier.’
‘Heb ik hem ook gezegd,’ lachte ik.
‘Ik snapte er niets meer van.’
‘Kan ik me voorstellen.’
‘Echt?’
‘Hallo, jij bent verliefd op hem, hij gaat met je zoenen om te oefenen… Ik zou ook niet meer weten hoe het zat hoor.’
‘Heeft hij je dat verteld?’
Ik grijnsde. ‘Ik zei toch dat hij me alles verteld heeft?’
‘Jezus. Nou ja, maakt ook niet uit.’
‘Ik vertel niets verder.’
‘Maar hoe verklaar je dan dat we elkaar onlangs… Je weet wel,’ zei hij zachtjes. Zijn hand maakte een aftrekgebaar.
‘Elkaar?’ vroeg ik.
‘O, shit, hij heeft je niet alles verteld geloof ik.’
‘Eh, nee,’ grinnikte ik. ‘Maar? Echt?’
Hij knikte. Ik schudde glimlachend mijn hoofd.
‘Ik kan je maar één tip geven: geniet van die momenten en verwacht verder niets.’
‘Maar…’
‘Damian, dit ga je heel vervelend vinden wat ik nu ga zeggen, maar ik denk toch echt dat William gewoon voor de meisjes gaat.’
‘Jawel… Weet ik ook wel.’
Ons eten kwam er aan.
‘Sorry,’ grijnsde ik nog snel, ‘dat gaan we niet veranderen ben ik bang.’
Ik keek hoe hij zijn kroket met zijn vingers open brak en tussen de twee kanten van het broodje vouwde. Hij nam een flinke hap, waarna zijn ogen verder open sperden.
‘Heet?’ vroeg ik spottend.
Hij knikte heftig. We lachten. Ik keek naar mijn bord.
‘Hoe ga ik dit eten?’ vroeg ik mezelf hardop af.
‘Succes.’
‘Italiaanse bol met verse ham,’ zei ik. ‘Nou, dichtvouwen gaat niet meer lukken.’
Ik viste een stukje tomaat tussen de sla uit met mijn mes en vork.
‘Jij een stukje tomaat?’
Damian schudde zijn hoofd met een vies gezicht. Ik glimlachte en begon verder te snijden.
‘Weet je,’ zei ik na een eerste hap, ‘eigenlijk heb je het mooi voor elkaar aan de ene kant.’
‘Hoe bedoel je?’
‘Was het de eerste keer dat je met iemand anders heb zitten rukken?’
‘Liggen.’
‘Ook goed. Maar?’
Hij knikte.
‘En dat doe je met hem, de jongen die je helemaal te gek vind. Dat vergeet je nooit meer.’
‘Maar…’
Ik hield mijn hand omhoog. ‘Stop. Niet verder denken. Ik weet wat je wil gaan zeggen, maar dat ga je niet veranderen. Wil is niet “zo”. Maar hij vindt je wel speciaal, anders had hij dit nooit gedaan met je.’
‘Misschien.’
‘Gek, dat weet ik wel zeker. Hij praat ook met mij, weet je nog? Kom op, dat weet jij ook wel dat je speciaal voor hem bent. Koester dat jongen. Verwacht er verder niet teveel van, zet het ook niet onder druk. Je kunt er een hele goede vriend aan over houden.’
Hij slikte het laatste stukje van zijn broodje door en haalde zijn schouders op.
‘Ik heb er ook zo eentje,’ zei ik nonchalant.
‘Wat?’
‘Zo’n goede vriend. Woont samen met zijn vriendin, maar daar heb ik vroeger ook wel eens mee onder de douche gestaan.’
‘Echt?’
‘Uhu.’ Ik grijnsde met maakte kort met mijn hand een aftrekgebaar. ‘Inclusief eh…’
‘Cool!’
‘En lekker,’ lachte ik.
‘Dat geloof ik.’ Hij keek even voor zich uit. ‘Wil ik ook wel een keer.’
‘Wat?’
‘Onder de douche.’
‘Damian,’ zei ik terwijl ik naar voren boog, ‘kijk wel uit. Als je er de hele tijd bij hem op aanstuurt, de nadruk er op legt, hem probeert te verleiden, dan kan het wel eens knappen. Als dat het enige is dat je wil, dan haakt ie af denk ik. Snap je wat ik bedoel?’
Damian knikte.
‘Blijf daar aan denken jongen, ook al wil je diep van binnen anders.’
Hij glimlachte, nam een slok van zijn glas. Ik at mijn broodje verder op en ging na het laatste stukje achterover zitten.
‘Zo, dat was lekker.’
Damian keek serieus. Ik zag het en keek hem vragend aan.
‘Hoe is dat toen over gegaan?’
‘Mijn gevoel voor hem?’
Damian knikte.
‘Niet,’ grijnsde ik. ‘Maar beheersbaar. Hij blijft speciaal, maar hij woont nu samen met zijn vriendin. Ik kom er nog steeds, en ik kan mijn verhaal bij hem kwijt. Het is echt een hele goede vriend van mij. Alleen zit seks er niet in.’
‘Jammer.’
Ik haalde mijn schouders op. “Hij knuffelt me nog wel eens,’ lachte ik. ‘Maar het slijt, ik ben al lang zover dat ik de hele situatie accepteer.’
Damian glimlachte.
‘Jij nog niet?’
‘Weet niet,’ antwoordde hij twijfelend.
‘Komt wel, heeft tijd nodig. En thuis?’
‘Thuis?’
‘Die weten nog niets toch?’
‘Nee,’ antwoordde hij half verschrikt.
‘Ook dat komt vanzelf een keer.’
‘Hoe heb jij dat thuis verteld?’
‘Niet, geloof ik.’
‘Hè?’
Ik lachte. ‘Nee, echt. Het is heel geleidelijk gegaan. Op een gegeven moment was het wel duidelijk voor mijn ouders. Ik had een keer een jongen leren kennen en de manier hoe ik daar over praatte maakte het allemaal wel duidelijk voor ze. Nooit een probleem geweest. Toen wist mijn zus het al wel hoor, die stelde al veel eerder vragen.’
‘Truus?’
Ik schoot in de lach. ‘Truus ja. Noemt Wil haar ook zo?’
‘Soms. Heeft ie van jou geloof ik.’
Ik knikte. ‘Nou ja, die heeft altijd alles door. Ik heb het William wel zelf verteld, maar die was toen nog jonger. Die deed er ook niet moeilijk over, maar dat weet je.’
Damian glimlachte. ‘Ik ben jaloers.’
‘Om hoe het bij mij thuis ging? Denk je dat ze er niet goed mee om zullen gaan bij jou?’
‘Weet ik niet.’
‘Vaak denken jongens dat, waarna het allemaal mee blijkt te vallen.’
Hij haalde zijn schouders op en staarde voor zich uit. Hij keek wel heel serieus. Ik dacht na, vertelde hem maar niet van de situatie van Elijah. Zo erg kon het toch niet zijn?
‘Maar je vertelt het ze als je daar zelf zin in hebt,’ zei ik er snel achteraan. ‘Jouw keuze.’
‘Kijk, als ik iets met William zou hebben, dan zou ik het ze op een gegeven moment wel vertellen, William kennen ze, ze vinden hem een leuke gast. Dan durf ik dat wel. Maar om ze nu al gewoon te vertellen dat ik…’
‘Het is niet verplicht hè? Je vertelt je ouders ook niet wanneer je rukt, waarom dan wel vertellen waar je aan denkt als je dat doet.’
Damian lachte.
‘Beetje onzinstelling, maar je snapt wat ik bedoel. Als jij nog niets wil vertellen, dan vertel je niets.’
‘Doe ik ook nog even niet,’ reageerde hij stellig.
Ik glimlachte en knipoogde. Hij glimlachte gelukkig terug terwijl hij zich uitrekte.
‘Lust je nog wat, of zullen we afrekenen?’
Hij schudde zijn hoofd.

‘William zei al dat wij eens moesten praten,’ zei Damian toen we naar het plein liepen.
‘Ha, ja. Wat hij dan niet weet is dat we het vooral over hem hebben gehad.’
Damian lachte. ‘Nee.’
‘Houden we zo. Laat hem maar zo wijs. Ons geheimpje.’
We stonden stil bij zijn fiets.
‘Als er nog eens wat is, je kunt me gerust nog eens bellen of zo.’
‘Is goed.’
Ik knipoogde. ‘Lotgenoten.’
Hij glimlachte, half verlegen. Ik pakte hem even vast, voor een korte knuffel.
‘Laat je niet gek maken door dat broertje van mij.’
‘Nee,’ lachte hij, zijn stem klonk zelfverzekerd.
Zijn blik was dat een stuk minder.

Ik ging op mijn gemak weer op huis aan. Ik dacht na over Damian, herkende veel van mezelf. Dat het bij mij thuis allemaal zo soepel was gelopen met mijn coming out was wel waar, maar ook niet helemaal. Achteraf was het makkelijk praten, en het ging ook vanzelf, maar ik zat er toen ook vreselijk over in. Ik heb er vaak wakker van gelegen. Tineke wist het als eerste van mij, maar mijn ouders volgden snel. Al lieten ze me dat niet meteen merken, ze vonden dat ik er zelf mee moest komen als ik er klaar voor was, zo vertelden ze me later. Niet helemaal gelukt. De eerste jongen, na Ivar dan, waar ik echt tot over mijn oren verliefd op was maakte zo’n indruk dat het bij mij aan alles te merken was. Ik durfde hem eerst niet mee naar huis te nemen maar na aandringen van mijn moeder heb ik dat toch een keer gedaan. Haar opmerking nadat hij weg was, “het is een lieve jongen voor je, Teun”, zei alles. Ik voelde me dom, wist meteen wat ze bedoelde. Kort daarna was het al weer over met die gast, zonder ze iets te vertellen werd ik toch getroost. Dom. Alsof ik zelf niet wist dat het aan alle kanten van me afstraalde. Alsof ik ze voor de gek kon houden. Er viel wel een enorme last van me af. Ze wisten het, vonden het prima. Het duurde alleen nog twee maanden voordat ik er echt me ze over durfde te praten.

Elijah was nog lang niet zo ver. Nicole hield zich ook een beetje oppervlakkig over hoe zijn ouders zouden reageren. Ik dacht aan Damian. Als het William was geweest had hij het wel aangedurfd om zijn ouders wat te vertellen. Ik ging weer veel te ver met mijn gedachten. Wat nou als de ouders van Elijah me eerst leerden kennen als “gewoon een goede kameraad”? Dan konden we de bom altijd nog laten vallen. Ik trapte door. Waar zat ik allemaal aan te denken? Ik wist niet eens of ik hem nog wel ging bellen.

Natuurlijk deed ik dat wel. Later op de middag zat ik in de bank naar het overgaan van de telefoon te luisteren. Ik hoorde een klik.
‘Met Elijah?’
‘Hoi, met Teun.’
Het bleef even stil.
‘Hey.’
‘Hoi,’ zei ik maar terug. ‘Hoe is het?’
‘Gaat wel. Met jou?’
‘Best.’
Dit ging stroef. Ik had ook even geen idee hoe ik moest beginnen. Wilde ik hem ook wel laten weten wat ik wist?
‘Waarom bel je?’
‘Gewoon, om te kijken hoe het gaat. Dezelfde reden waarom jij me belde laatst.’
Hij zweeg, die voelde zich ongemakkelijk.
‘Hé, blijf maar liggen,’ hoorde ik. ‘Ja. Dat is Teun.’
Ik glimlachte, zag het voor me, Hester nieuwsgierig als altijd.
‘Wat heb je gedaan vandaag?’
‘Ik ben net terug uit de stad,’ zei ik, ‘lekker gegeten tussen de middag.’
‘Alleen?’
‘Nee, met Damian.’
‘Heet hij zo?’
‘Ow, wacht, nee, Damian is een vriend van William. Heb ik je verteld, die jongen die verliefd op hem is. Ik kwam hem toevallig tegen.’
‘Verliefd op hem? Dat verhaal ken ik niet.’
‘Wacht, nee, dat verhaal ken je niet nee.’
“Toen was je al weg,” dacht ik bijna hardop.
‘Nou ja,’ ging ik verder, ‘William kwam ineens met het verhaal dat een van zijn beste vrienden homo bleek te zijn, en verliefd op hem. Dus, die kwam ik tegen, we hebben samen wat zitten eten.’
‘Maar William is toch gewoon hetero, of toch niet?’
‘Helemaal, dat is ook een beetje het probleem. Best wel jammer eigenlijk, Damian is een leuke jongen.’
‘Leuk? Bedoel je…?’
‘Nee, gek!’ Ik lachte. ‘Hij is vijftien. Dat gaat ‘m niet worden. Maar als zwagertje had ik hem wel willen hebben.’
‘Moet je toch nog eens een goed gesprek houden met William.’
We grinnikten tegelijk.
‘Waarom heb ik het gevoel dat dat niet gaat werken?’ zei ik vragend.
‘Waarschijnlijk niet nee. Jammer misschien.’
‘Och ja. Damian vindt wel iemand anders.’
‘Vast wel. Hoe gaat het verder met William?’
‘Goed, denk ik. Heb hem al eventjes niet gezien.’
‘Doe hem maar de groeten van mij.’
‘Geen idee hoe dat overkomt,’ reageerde ik eerlijk.
‘O?’
Ik zuchtte. ‘Toen ik hem probeerde uit te leggen waarom het over was tussen ons zei hij maar één ding. “Wat een lul.” Sorry.’
Ik had er een tel over nagedacht of ik dat zou zeggen of niet. Maar Elijah mocht het horen. Het bleef even stil.
‘Heeft hij nog gelijk ook,’ kwam er nuchter uit.
‘Nou… Kom op.’
‘Dank je.’
‘Laat ik het anders zeggen: hij vond het erg jammer. Mijn zus en ouders ook trouwens.’
Ik hoorde hem glimlachen.
‘Hoe reageerden ze bij jou thuis trouwens? Of had je ze nog niets verteld?’
‘Nee, die had ik nog niets verteld.’
‘Helemaal niets? Hoe komt het?’ Ik vroeg het zuigend. Niet netjes.
Hij zuchtte.
‘Elijah…’ Ik twijfelde even, gooide het er toen uit. ‘Ik heb Nicole gezien gisteren.’
‘Godverdomme. Waarom bemoeit iedereen zich met me?’
‘Omdat je dingen op een rare manier doet?’
‘Jij hebt makkelijk praten.’
‘Klopt. Dat verwijt ik je ook niet.’
‘Wat dan wel?’
‘Ik wil weten waarom.’
‘Dat is een hele geschiedenis.’
‘Nee, al is dat ook interessant. Waarom je me nooit iets verteld hebt, dàt wil ik weten.’
‘Ik moet dat zelf oplossen,’ mokte hij.
‘Gaat lekker,’ spotte ik. Ik baalde dat hij nog steeds niet wou zeggen.
‘Nee, als ik het vooraf had verteld, was je dan ooit gaan daten met me?’
‘Ligt er aan.’
‘Ligt er aan?’
‘Als je ons eerste gesprek was begonnen met “ik ben blind, en ik durf niet uit de kast te komen, boehoe…”, dan niet waarschijnlijk. Als je was begonnen zoals je begonnen bent, gewoon gezellige en goede gesprekken, en me gaandeweg had verteld hoe de situatie met jouw thuis was geweest… Ja, misschien wel. Die verrassing bij het station vergeef ik je dan maar even.’
Hij gniffelde.
‘Echt, ik voelde me voor het blok gezet, maar ik kon de grap ervan wel hebben.’
‘Je zei “misschien”. Als je het allemaal had geweten was je nooit deze kant op gekomen. Jij bent al helemaal uit de kast.’
‘Ik vind het erger dat ik er op deze manier achter moest komen.’
‘Nicole had het je niet moeten vertellen.’
‘Neem het haar niet kwalijk alsjeblieft. Ze bedoelde het goed. Hoopte dat we weer… Nou ja, bij elkaar zouden komen geloof ik.’
‘Dat gaat toch niet.’
Ik zuchtte.
‘Kunnen we niet nog een keer afspreken?’ vroeg ik.
Het was er uit voor ik er erg in had. Waarom? Had ik hier nog wel zin in?
‘Nee, dat verandert toch niets.’
‘Als je dat zo stelt…’
‘Sorry Teun.’
‘Ja. Mij ook. Het ga je goed, Elijah.’
Hij zei niets meer, sloot af. Ik keek met verbazing naar mijn telefoon. Goed, dat was het dan blijkbaar. Ik schudde mijn hoofd en stond op om wat te drinken te pakken. Ging ik Nicole nog bellen? Geen zin in. Ze zochten het maar even uit daar. Ik ging me er niet meer mee bemoeien.

Dat voelde leeg. Alsof het nu echt afgesloten was. Geen uitzicht meer, geen mogelijkheden. En vooral, moest ik toegeven: geen stiekeme hoop meer. Dat voelde raar. Ik trok er een biertje voor open. Ik dacht kort aan Rein, maar daar had ik helemaal geen zin in. Ik zuchtte. Nee, daar had ik echt geen zin in. Geen idee waarom. Het was mijn gevoel erbij. Ik had iets leuks verloren, geen zin in iets nieuws. Ik zette het lege flesje op tafel, keek hoe laat het was. Ik pakte mijn telefoon. Geen zin om thuis te blijven. Mijn moeder lachte toen ik meteen ter zake kwam.
‘Wat eten jullie vanavond?’

‘Hé, Teun,’ zei William enthousiast toen ik binnen kwam.
‘Broertje,’ lachte ik. ‘Hoe gaat ie?’
‘Goed.’
Ik nam tevreden een slok van een biertje, voordat we gingen eten.
‘Tineke er niet?’
‘Nee,’ zei mijn moeder veelbetekenend, ‘druk.’
‘Ja, studeren valt niet mee,’ grijnsde ik.
‘Ze zal wel een scharrel hebben daar,’ concludeerde William droog.
‘William!’ Dat was mijn moeder.
Hij keek me balorig aan, ik lachte. Waar haalde hij dat nou weer vandaan? Mijn vader glimlachte.
‘Zo praat je niet over je zus,’ zei hij duidelijk geamuseerd. ‘Zullen we het eens over jouw veroveringen hebben?’
‘Die heb ik geen,’ ontweek William het handig.
‘Natuurlijk jongen, natuurlijk.’
Ik bekeek ze, en dacht aan Damian. Hoe zou dat bij hem thuis gaan? En mijn vader moest eens weten hoe “seksueel actief” zijn jongste zoon al was. Ik keek naar hem. Aantrekkelijke jongen. Van Damian wist ik hoe hij over William dacht, maar er moesten toch ook meisjes genoeg zijn die hem wel zagen zitten. Ik glimlachte, dat wist ik wel zeker. Nu hij zelf nog. Hoewel, dat wist hij waarschijnlijk zelf ook wel. Hij keek naar me, ik knipoogde een keer. Dat ontlokte een grijns, die mijn vader niet kon zien. Ik gaapte en rekte me uit.
‘Zware nacht gehad?’
Ik keek William aan. ‘Uit geweest ja. Viel wel mee.’
‘Laat geworden?’
‘Neuh, ging wel. Ik was redelijk op tijd wakker. Vanmiddag in de stad gaan lunchen.’
‘Lekker.’
‘Ja. Wel lachen, ik kwam Damian nog tegen.’
Williams ogen schoten open.
‘Wat leuk,’ zei mijn moeder. ‘Kende hij je nog?’
‘Natuurlijk. We hebben vanmiddag gezellig zitten praten.’
‘O? Hij zat er bij?’
‘Ja, ik zag hem fietsen, we raakten aan de praat, ik heb gevraagd of hij wat mee ging drinken.’
‘Wat gezellig,’ reageerde mijn moeder.
‘Leuke gast.’
Mijn moeder glimlachte. ‘Kind aan huis. Je zou af en toe denken dat hij hier woonde.’
William keek strak, maar vooral omdat ik hem zo uitdagend aan zat te kijken met een triomfantelijke blik. De nieuwsgierigheid spatte van zijn gezicht af. Ik zag er de humor wel van in, die ging er nog wel voor zorgen dat we even alleen zouden kunnen praten.

Niet dat dat moment er zo snel was, zonder dat het op ging vallen. Tijdens het eten zat hij tegenover me en keek geregeld. Bijna strak gezicht, hij wilde duidelijk weten wat er besproken was. Hij werd er bijna onrustig van. Ik knipoogde een keer, alsof ik wilde zeggen: “relax, we maken wel een momentje”. Hij grijnsde, maar die onrustige blik bleef.

We bleven na het eten aan tafel zitten, met een kop koffie, William een glas melk.
‘Leer toch eens koffie drinken jij,’ spotte ik.
Ik voelde zijn sokkenvoet schoppen. Ik lachte, duwde terug met mijn schoen.
‘Geef hem eens een week mee,’ zei ik tegen mijn ouders, ‘dan maak ik er een echte vent van. Geen cola in huis, alleen koffie.’
‘Alsof jij een week zonder biertje kan,’ bitste William lachend terug.
‘Dat kan ook gewoon, jij bent nog geen achttien, dus dat bier daar blijf je sowieso van af.’
‘Nou je het er over hebt,’ zei mijn moeder.
‘Wat?’
‘We kunnen met de zaak van je vader een paar dagen weg. Alleen, William moet wel naar school.’
‘En? Dat kan hij toch wel?’
‘Nou ja, ik weet niet.’
‘Mam, hij is vijftien.’
‘Ja mam,’ viel William gretig bij, ‘het is alleen maar een donderdag en vrijdag, jullie komen zondag weer thuis.’
‘Je bent vijftien, William.’
Ik grinnikte.
‘Lach maar, jongen. Wij hebben er toch onze bedenkingen bij.’
‘Wanneer is het?’
‘Over twee weken.’
‘Nou Wil, kom je toch lekker logeren? Lijkt me wel gezellig.’
Hij grijnsde, zag het stiekem ook wel zitten.
‘Iedere ochtend alleen koffie drinken gaat me ook wel eens vervelen.’
William lachte.
‘Laat me maar weten of het doorgaat,’ zei ik. ‘Ik vind het geen probleem.’
‘Is goed, we kijken nog even.’
William en ik keken naar elkaar en glimlachten. We hadden er nu al zin in.
‘Ik ben jouw kast opnieuw aan het schilderen,’ zei hij ineens.
‘Wat? Nu al?’
‘Ja, dat paars was wel heel erg paars.’
‘En nu?’
‘Rood.’
Ik lachte. ‘En daar kom je nu mee? Laat zien!’
William stond al op. Ik glimlachte nar mijn vader, legde even mijn hand op de schouder van mijn moeder.
‘Ik pak de tweede koffie zo zelf wel.’

De TL knipperde aan in de schuur. Ik floot tussen mijn tanden.
‘Mooi.’
‘Ik twijfel nog,’ zei hij met een gebaar naar de deurtjes die los tegen de werkbank aan stonden. ‘Laat ik die paars, of maak ik ze ook rood?’
‘Jouw keus. Ik zou het niet weten. Maak ze roze.’
Hij keek me verbaasd aan. ‘Echt niet, gek.’
‘Zou Damian best leuk vinden. Roze,’ grinnikte ik.
‘Waar hebben jullie het over gehad?’
‘Jou.’
‘Mij?’
‘Ja, wat voor lekker ding je wel niet bent,’ lachte ik. ‘Wat denk je? Over hem, over hoe hij zich voelt. Dus ja, ook wel even over jou.’
‘En?’
Ik keek hem aan en glimlachte. ‘Kijk je uit dat je geen tweede Ivar gaat worden? Als ik zo hoor wat jullie allemaal doen…’
‘Heeft hij je alles verteld?’ vroeg hij verschrikt.
‘Ik vrees van wel.’
‘Djeez.’
‘Hij vond het lekker, maak je geen zorgen. Geeft ook niets, als je het maar niet gedaan hebt omdat je van mij hoorde dat zoiets ook tussen mij en Ivar gebeurd is.’
‘Nee, tuurlijk niet. Ik vond het wel oké.’
‘Snap ik.’
‘Denken jullie nou dat ik toch homo ben?’
‘Nee Wil. Bovendien, dat weet jijzelf het beste. Maar hij snapt de situatie wel, maak je geen zorgen. Hij ziet je als een hele goede vriend. Maar dat ben je ook.’
William glimlachte.
‘Mag ik een rare vraag stellen?’
Hij keek en knikte met een vragende blik.
‘Hoe zijn ze bij hem thuis?’
‘Relaxed.’
‘Zouden ze er problemen mee hebben dat hij homo is?’
‘Nee.’ Hij keek me aan. ‘Nee, echt niet. Denk ik. Hij is alleen onzeker.’
Ik glimlachte. ‘Gelukkig. Komt nog wel.’
‘Ik hoop het.’
Ik sloeg op zijn schouder, we liepen weer naar buiten. Voor ik het licht uit deed keek ik nog een keer om.
‘Met de rest van jouw kamer… Ik zou de deurtjes ook rood maken.’
Ik knipte het licht uit, liep achter hem aan terug naar het huis.
‘Denk nog een na over dat roze.’
‘Echt niet.’
‘Het hoeft niet fel roze te zijn, maar een iets lichtere kleur rood, of donkerder, zou best mooi zijn denk ik.’
Hij dacht na, zag ik. Hij glimlachte.
‘Ik zie wel. Heb je nog iets van Elijah gehoord?’
‘Dat is een afgesloten hoofdstuk Wil. Forget it.’
Hij trok de keukendeur open en haalde zijn schouders op.
‘Jammer.’

Het werd niet laat. Ik was op tijd thuis, pakte nog wat te drinken en trok mijn laptop op schoot. Ik checkte mijn mail. De bovenste trok meteen mijn aandacht. Eén keer raden van wie.

“Heb je toch zin om nog eens een koffie te komen drinken? Zou ik echt fijn vinden.
xxx Elijah”
© 2014 Oliver Kjelsson